OPEN BRIEF VAN Dr. F W. VAN HAEFTEN, OFFICIER VAN GEZONDHEID 1° KLASSE. Op verzoek van den schrijver laten wij hieronder volgen de in het „Jaarboekje der Yereeniging van Gymnastiekonrierwijzers in Neder land" (jaargang 1898) opgenomen brief, gericht aan den Heer Mieremet. Alvorens wij hiertoe overgaan echter een enkel woord van inleiding. Den 12den April 1898 werd te Nijmegen in de „Algemeens Ver gadering der Vereeniging van Gymnastiekonder wijzers in Nederland" een lezing gehouden door den heer Mieremet over: Een en ander naar aanleiding der gehouden bespreking over gymnastiek in de 2de kamer der Staten-Generaal" Spreker wijst er in die lezing op, hoe bij de behandeling der Indische begrooting, de IA Kolonel der Mariniers Verhey, afgevaar digde voor Rotterdam, zijn wenschen in zake de militaire gymnastiek in Indië formuleerde en aan den betrokken Minister in overweging gaf. De heer Verhey verklaarde daarbij de gymnastiek niet alleen een groot volksbelang, maar ook een legerbelang te achten en spe ciaal voor het leger in Indië, dat vaak aan zoovele vermoeienissen en ontberingen is blootgesteld, en deelde nu eenige wenschen en wenken mede, die volgens den heer Mieremet op het volgende neerkomen: a. De beoefening der gymnastiek kan alleen aantrekkelijk worden gemaakt, wanneer het onderwijs wordt gegeven door bekwame onderwijzers. 6 Zijn in Indië goede gymn. onderwijzers, dan zal uit een moreel en physiek oogpunt de goede invloed niet achterwege blijven; de manschappen zullen zich dan zeker uit vrije beweging wijden aan de gymnastiek, daaraan een gedeelte van hun vrijen tijd besteden en zoo van zelf meer hun weerstandbiedend vermogen behouden. c. Men zorge, dat, wanneer detachementen naar Indië gaan, onder officieren en korporaals vooraf een gymnastiek-cursus bijwonen, die

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1899 | | pagina 375