961 gehaalde woorden moeten beteekenen, en voorts kan de grendel niet geopend worden. Het verkeerde gebruik van het woord këna is op twee wijzen uit te leggen. Ben kwaadzoeker zou het als volgt verklaren. De ver taler is in de meening geweest, dat het Nederl. kan komt van kennen] en heeft verder verward de Maleische woorden këna, geraakt, getroffen, en kënal, kennen, bekend zijn met. Deze verwarring komt nog al eens voor; menig „beest" bij het biljarten wordt begroet met den uitroep kënal. Maar liever wil ik aannemen, dat de vertaler het Maleische këna, verward heeft met het Javaansche hennakunnen, mogen, mogelijk. De gewraakte zin moet luiden dan lagi grendel tiada tërboeka of wel tiada dapat diboeka. Regel 8. „Sindjata"Waarom niet, zooals op de vorige pagina's sendjata? Schrijvers plotselinge voorliefde voor de i blijkt ook uit de spelling perintah (regel 2 v.o.)op het titelblad staat perentaks Pagina 14. Regel 4 en 5. digerahanlees „digërakkan" We hebben hier te doen met een afleiding, die gevormd is met behulp van het suffix kan, van den stam gërak. Door het weglaten van een k, laadt de vertaler den schijn op zich, alsof hij onbekend ware met het verschil in beteekenis tusschen de suffixen an en kan. Regel 10 v.b. en 4 v.o. tertoekarterbalik Men vergelijke deze woorden met tepoeter (pag. 13), tesoentoeh (pag. 10) e. a. Pagina 15. Regel 1 v. o. plantas"-, lees laloeof këmoedian Pagina 16. Regel 2. djempollees ^iboe-tangan"Waarom mag het Nederl. woord duim niet weergegeven worden met het equivalent uit het Maieisch? Regel 2 v. o. „Sababisnja"lees sahabisnja Pagina 18. Regel 4 en 5. men-jalaDe stam is njala, en van dezen stam is een afleiding gevormd met het praefix më-, dat, wijl de stam

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1899 | | pagina 441