974 Deze afwijking neemt, zooals we gezien hebben, toe met het ver minderen der gemidd. snelheid en is bij eene aanvankelijke snelheid van 730 M. gelijk aan de afwijking van de tromp. De 5e rubriek bevat de 50°/o hoogtespreidingen van het enkele geweer, de 6° geefc aan de som der 2®, 4®, en 5® rubriek en de laatste rubriek de treffer ruimten der 50°/o hoogtespreidingen of de 50°/0 dieptespreidingen. Willen wij uit de gegevens der midd. schutters de 50°/o hoogtesprei dingen van zeer goede schutters afleiden, dan hebben wij slechts van de 50°/o hoogtespreiding van midd. schutters af te trekken de 50°/0 hoogtespreiding van het geweer en dit verschil te deelen door 2.5, omdat de 50°/0 fout in schootshoek bij zeer goede schutters 2.5 x kleiner is dan bij middelmatige en vervolgens bij het quotient op te tellen de 50°/0 hoogtespreiding van het geweer. Om omgekeerd uit de gegevens van zeer goede schutters die van middelmatige te vinden, moet men op dezelfde wijze te werk gaan, met dit onderscheid, dat thans het verschil met 2.5 vermenigvuldigd wordt en hierbij de 50°/0 hoogtespreiding van het geweer wordt opge teld. Later zullen wij zien, dat met vrij groote nauwkeurigheid de spreiding van midd. schutters verkregen wordt door de 50°/o hoogte spreiding van zeer goede schutters te vermenigvuldigen met 2. De 6® rubriek van nevenstaande tabel II, afgeleid uit de tabel voor middel matige schutters, geeft aan de 50°/0 hoogtespreiding van zeer goede schutters, terwijl de laatste rubriek aangeeft de 50°/o hoogtespreidin gen van goede schutters uit de schietproeven te Batoe-Djadjar ver kregen. (Zie bijlage van de missive van de commissie voor de baan- bepaling van de karabijn M. 95 dd. 2 Augustus 1898 N°. 6). De groote verschillen tusschen de uitkomsten voor zeer goede schut ters volgens mijn methode gevonden en die van Batoe-Djadjar, vooral op de korte afstanden, maakt mijne wijze van berekening onbetrouwbaar. Later zullen wij zien, dat die onbetrouwbaarheid geheel verloren zal gaan bij eene vergelijking der uitkomsten in Duitschiand verkregen. Intusschen zullen wij ons thans bezig houden met na te gaan de waarde der schutters, die deelgenomen hebben aan de schietproeven te Batoe-Djadjar. Daartoe hebben wij slechts op te zoeken de 50°/0 fouten in schootshoek dier schutters, uitgedrukt in honderdsten van tangenten en wel in 't bijzonder de 50°/o fout ontstaan door de afwij-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1899 | | pagina 454