1009 den vuurmonden zouden moeten voldoen. In Nederland werd daarop eene commissie benoemd, aan welke werd opgedragen voor de aan schaffing van die nieuwe vuurmonden het noodige te verrichten. Als resultaat van die opdracht werden in dit jaar uitgezonden 17 houwitsers en 11 mortieren van 12 c.M. A. St. (1), waarvan hier eene beschrijving moge volgen. 12 c.M. Houwitser (fig, 1). De vuurmond is vervaardigd van nikkelstaai en beslaat uit een kern en een mantel, welke laatste tot aan de monding reikt. Inwendig onderscheidt men aan den vuurmond van achteren naar voren gaande: het laadgaat, de ligplaats van het sluitstuk, de ligplaats van den afsluitring, de gladde kardoesruimte en het getrokken voorste gedeelte met de kardoesruimte verbonden door een overgangskegel, waarin de trekken te niet loopen. De trekken zijn rechtsomgaande, evenwijdige progressieve trekken. Hun aantal bedraagt 24, hunne diepte 1,25 m.M. Het stuk is alleen geschikt voor gebruik van rookzwak buskruit. De sluittoeetel komt in hoofdzaak overeen met die van het Neder- landsche kanon van 12 c.M. A. St.; het heeft dus eene ronde wig sluiting (fig. 2). De afsluitplaat is aan de achterzijde voorzien van een gat om haar aan de stift in hare ligplaats te kunnen ophangeD, waardoor hare stand ten opzichte van de afsluitring is verzekerd. Bovendien zijn op de bovenkanten van plaat en sluitwig streepjes aangebracht, die steeds in elkanders verlengde moeten vallen. In de sluitwig is het gat voor den St. zundgattap aangebracht. Deze tap bestaat uit 2 aan elkander sluitende cilinders van verschillende middellijn. De voorste dikste cilinder is voorzien van een driehoekig nokje, dat in eene overeenkomstige uitsnijding van de wig komt te liggen en zoo het draaien van den tap belet. In dezen tap is het zundgat geboord, bestaande uit 3 aan elkander sluitende kanalen van verschillende middellijn. Het achterste kanaal is van schroefdraad voorzien tot het inschroeven van het zelfgasafsluitend pijpje. De (1) Yan elk der beide soorten vuurmonden is één exemplaar voorloopig in Nederland aangehouden tot het nemen van proeven met rookzwak buskruit.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1899 | | pagina 489