DE TREINDIENST BIJ DEN VELDTOCHT DER ENGEL-
SCHEN IN ABESSYNIE (1867-1868).
(Met plaat VIII).
Onder den titel van „Un detail des expéditions coloniales le service
du train dans la campagne des Anglais en Abessynie (1867-1868)",
heeft de commandant E. Taverna in 1897 eene studie gepubliceerd,
welks inhoud voor het nog steeds zoo goed als treinlooze N. I. Leger
van zeer veel belang te achten is, vooral ook omdat daaruit duide
lijk blijkt, welke groote nadeelige gevolgen eene onvoldoende organisa
tie van den trein kan hebben, niettegenstaande de formatie voldoende
of althans nagenoeg voldoende is.
Ten einde den lezers van dit Tijdschrift een denkbeeld te geven
van deze gevolgen, wil ik enkele gebeurtenissen en cijfers uit deze
studie overnemen, in de hoop, dat dit voor velen eene aanleiding moge
zijn, om het aangenaam te lezen werkje zelf te bestudeeren.
In de Inleiding wijst de schrijver er op, dat in koloniale expedi-
tiën niet de tegenstand des vijands de voornaamste hinderpaal voor
den marsch vormt, maar wel de eigen trein, die alles moet mede-en
opvoeren, daar in het vijandelijk land gewoonlijk niets of zeer weinig
te krijgen is, zoodat eene goede regeling van den trein een grooten
invloed uitoefent op de handelingen van den aanvoerder. De geschie
denis leert, dat in het gebrek aan goede voorbereiding van den
transportdienst, in fouten in zijne organisatie en van zijne inwerking
stelling de onmiddellijke en tastbare oorzaak gevonden wordt, of van
het geheel mislukken van expeditiën, óf van de moeielijkheden, die
zij ter bereiking van haar doel hebben moeten overwinnen ten koste
van eene buitengewone vermeerdering van tijd en van uitgaven, van
vermoeienis en van sterfte, hoe goed die expeditiën in alle andere
opzichten ook geleid werden.
Dit nader aan te toonen, behoeft zeker niet voor hen, die geen
vreemdeling zijn in onze Indische krijgsgeschiedenis, want in nagenoeg