1024 nieuw een trein moest worden geïmproviseerd, welke bij het einde van den oorlog weer werd ontbonden. (1) Toen ter tijde waren de veldtochten naar Perzië (1856-57) en China (1860) die van meest recenten datum, en de ondervinding daarbij op gedaan werd geformuleerd a. v. le. De transportdienst moet vóór het vertrek der expeditie ge heel georganiseerd zijn als een militair kotps, bijv. zooals de Artil- lerie, gecommandeerd door een bevoegd chef, onafhankelijk van de Intendance, ter zijde gestaan door actief dienende officieren en onder officieren bekend met de details van het geleiden van dieren en hunne verzorging, en in staat om de inlandsche geleiders bevelen te geven; 2e. De inlandsche geleiders moeten, in ploegen van 20 vereenigd, gecommandeerd worden door een soldaat, wien een inl. opzichter ter zijde gesteld wordt; 3e. De geleiders moeten eene speciale opleiding hebben (opladen, verzorgen van paarden, enz.) en in voldoend aantal één voor elke twee diereü) op de transportschepen geplaatst worden, om zoodoende de zorg gedurende den overvoer der dieren te verzekeren 4e Er moet eene voldoende reserve aan harnachementen en de noodige werklieden (zadelmakers, smeden, timmerlieden) aan het korps worden toegevoegd, om het nieuwe materieel passend te maken en het gebrokene te repareeren. Voorstellen van Sir R. Napier. 1) In liet Rapport van de „Army Organisation commission", welke In 1879 vergaderde, leest men omtrent deze trein afdeelingen„The lessons of tlie Mutiny taught the Government „that for the maintenance of internal order, and for the prevention or repression of dis turbance, it was necessary that small bodies of troops should be able to take the held at „a few hours notice in different parts of the country". Daarom werd in 1861 bepaald, dat op 43 stations een kleine voorraad transportmiddelen zou worden onderhouden, vol doende om eene mobiele colonne uit alle wapens bestaande, dadelijk te velde te zenden Bovendien moest elke bergbatterij en elk korps van de ,,Panjab Frontier Force", een aantal muildieren en kameelen onderhouden, zóó groot, dat zij onmiddellijk, voorzien van de voornaamste benoodigdheden, te velde konden trekken. In India, and in Asia generally, even more than in Europe, the rule holds good that a small, fully equipped force, which can act at once, and strike sharp prompt blows, is more efficient and far more economical than a large army, which can only take the field after months of preparation (Journal of the United Service Institution of India, October 1896).

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1899 | | pagina 504