1045 Onder de velen, die met belangstelling kennis namen van de zeer lezenswaardige artikelen, hoofdzakelijk van den heer de Lannoy, in bovengenoemde jaargangen van het „I. M. T." verschenen over het gebruik, dat van onze cavalerie gemaakt werd en te maken is tegen den inlandschen vijand, meen ook ik mjj te mogen rekenen. Om meer dan eene reden konden die artikelen in wjjden kring belangstelling wekken. Begon de schrijver bovengenoemd in het I. M. T. 1894. I. ons te schilderen wat de cavalerie in 1889/1891 ia het Edische verrichtte en wat zij volgens hem had kunnen ver richten, al dadelijk overtuigde hij ons, dat zich het aanvankelijk gemis van cavalerie te Edi in 1889 deed gevoelen en dat daar van de cavalerie nog niet dat gebruik werd gemaakt, wat er met voordeel van gemaakt kon worden. Toen daarop volgde eene schets van het optreden van de cavalerie voor K. Toeankoe (I. M. T. 1894 I en Br. blz. 28/45) en „binnen en buiten de linie" (I. M. T. 1894 II en Br. blz. 4/28); in het laatste artikel bewezen werden de voor- en nadeelen verbonden aan het al of niet rationeel gebruik van de cavalerie (blz. 361 en 6/7); daar bovendien met een voorbeeld uit de practijk duidelijk gemaakt werd, dat het vervoer van gewonden zelfs onder moeilijke omstandig heden mogelijk is (blz. 370/371 en 17/18), toen had de schrijver aangetoond, dat de cavalerie in Indië nog wel voor iets anders te gebruiken is dan voor escorte- en ordonnansendiensten (blz. 373, 376 en 20/21, 24/25). Yoor een ruimen kring van belangstellenden kon hij nu beginnen met, tot in bijzonderheden, te behandelen den werkkring van de cavalerie bij eene colonne in verschillende omstandigheden. De jaar gangen 1895, 1897 en 1898 van het I. M. T. en de Br. be vatten 's schrijvers denkbeelden hierover. Hoewel niet altijd medegaande met 's schrijvers ideeën, wat deels aanleiding gaf tot dit schrijven, erken ik echter gaarne, dat hem de eer toekomt van: le grooten invloed te hebben uitgeoefend op het gebruik der cavale rie tegen den inlandschen vijand volgens gezonder tactische beginselen dan jaren lang het geval was.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1899 | | pagina 525