VOOR DE PRACTIJK. Gratificatiën bij het verlaten van den dienst uit te betalen aan Euro- peesche en daarmede gelijkgestelde militairen beneden den rang van officier. Bij artikel 2 van het Koninklijk besluit dd° 5 Maart 1888 No. 17 (algemeens order 1888 No. 41) is o.a. bepaald, dat de bij artikel 1 van dit besluit bedoelde gratificatie ten voordeele van de boedels van hen wordt uitgekeerd, die vóór hun ontslag uit den dienst komen te over lijden of wegens vermoedelijk overlijden worden afgevoerd. Daarentegen wordt niet vermeld waar de in artikel 3 en 4 bedoelde gratificatie blijft, indien een militair overlijdt, die reeds recht op gagement heeft verkregen, maar zulks nog niet heeft aangevraagd. Daaruit moet worden afgeleid, dat d"ze gratificatie ten voordeele van de schatkist komt. Schrijver dezes, die jaren als onderofficier in het Leger heeft gediend, heeft opgemerkt, dat deze laatste omstandigheid zeer dikwijls stof tot minder vleiende critieken over de handelwijze van het gouvernement oplevert. De soldaat toch redeneert Vroeger kreeg ik voor zes jaren reëngagement 600 premie; thans slechts de helft; de wederhelft moet dus dienen om mij den overgang in de burgermaatschappij te vergemakkelijken. Daarmede nu heeft een verstandig soldaat vrede, maar hij kan er zich niet mede vereenigen, dat het feitelijk door hem onvrijwillig bespaarde geld in 's lands schatkist vloeit, indien hij alvorens in het genot van gagement gesteld te zijn, komt te overlijden. Wij weten niet, welke overwegingen er toe geleid hebben, alléén de in artikel 1 van bovenaangehaald Koninklijk besluit bedoelde gratificatiën ten voordeele van de boedels uit te keeren, maar zouden gaarne zieD, dat de in artikel 3 en 4 bedoelde niet in de schatkist bleven en meenen, dat men een zeer goed werk zoude doen indien men die bedragen aan de weeshuizen uitkeerde; wellicht verminderde daardoor het groote aan tal verzoekschriften en inteekenlijsten, strekkende tot ondersteuning van bedoelde liefdadige inrichtingen. Het zoude ons inziens wel de moeite waard zijn om eens te doen nagaan hoe groot het bedrag is,dat sedert 1888 op die wijze ten bate van den Lande is gekomen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1899 | | pagina 559