1131 omdat zij met hun geld niet kunnen doen, wat zij voornemens waren te doen. Vele moeders en vaders worden teleurgesteld. Met dat al gaat de werving geregeld door, dank zij de overredingskracht der wervers, die geslepen als zij zijn den nieuwelingen natuurlijk niet het juiste van de zaak mededeelen. Onze soldaten behooren voor het meerendeel tot de minder bevoor rechten van het volk, getuige ook het feit, dat s winters, in den regel, de werving beter gaat dan 's zomers. Het is dus niet te ver wonderen, dat het missen van het directe voordeel, waarop de nieuwe lingen vast gerekend hebben, waarvoor zij zich vrijwillig dikwijls door den nood gedwongen hebben verbonden en waarmede zij hun ne ouders uit den neteligen toestand dachten te redden, een ongunstigen invloed uitoefent op het individu. Dan immers beschouwt hij zich als benadeelde en is het Rijk volstrekt niet dankbaar voor het hand geld, waar hij van af moet blijven. Nog een feit is de moeite der bespreking best waard. Van het Ho'ilandsch kader gaat er slechts zelden, of liever nooit, een over bij de K. R., en wel omdat de dienst daar drukker is en zij minder goed betaald worden. Een sergeant met 3 jarige verhooging gaat niet over bij de K.R. Nog veel minder een, die de 6 jarige verhooging geniet of kans heeft haar spoedig te krijgen. Opmerkelijk is tevens het feit, dat Zutfen en Harderwijk steeds voldoende voorzien zijn van Indische sergeanten en korporaals. Die van Zutfen blijven liever invalide dan dat zij naar Nijmegen zouden gaan. Om bij het korps zelf onderofficieren en korporaals te vormen, gaat zeer moeilijk. Met kunst en vliegwerk worden zij bevorderd en begrijpelijk is het, dat zij in kennis en geschiktheid achterstaan bij hunne Hollandeche collega's. Korporaal worden is bij de K.R. iets vreeselijks. Zoo herinner ik mij eens, dat eenige reservisten tot korporaal bevorderd werden, maar helaas geen enkele zag er eenig heil in. Zij vroegen hun ontslag en toen zij dit niet kregen, maakten zij zich schuldig aan desertie met het gevolg, dat zij toch weer gewoon soldaat werden. De onderofficieren schuwen daar evenmin de provoost als de gewone

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1899 | | pagina 611