621 137. Yeel vooruitgang is dus niet waar te nemen 1); wel heeft men een grooter aantal paarden aangekocht, maar wat helpt dat als de qualiteit minder wordt. Bij bedoelde cijfers moet ook nog gerekend worden de aankoop voor het Remonte Depot, die in '94, '95, '96, en '97 resp. bedroeg 3885114144, want deze paarden komen na 3 (2) jaar in aanmerking om over te gaan bij de cav16 en art16. Zoo leverde het R. D. in '92, '93, '94, '95 en '96 af resp 39— 43— 39— 40- 29 paarden (3). Na '94 zien wij een gestadige toename van den aankoop voor het R. D. een gevolg van het achteruitgaan van het gehalte van hetgeen op de vendutiën wordt aangeboden alle dus paarden, die het Gouvernement 500 gld. kosten. Is het dan nog niet duidelijk genoeg, dat men op dien weg niet voort kan gaan Moet het leger onslagvaardig worden door gebrek aan geschikte paarden? Wat helpt een goede organisatie, een kundig officierskorps, goed geoefende manschappen, een goede bewapening, als de paarden er niet zijn of huD gehalte slecht is. Is het leger dan niet opgebouwd uit menschen, paarden en wapenen en vormen zij dus geen ommisbaar deel daarvan? De hoop om door de z.g. PreaDger Sandelhouts en Preanger paarden van het Javaansche type in de behoeften van art16, en cavie. te voorziep, is een chimère. De eerst categorie telt maar weinig exemplaren, die bovendien nog duur zijn en grootendeels door te vroeg gebruik versleten vóór zij volwassen zijn. De droevige resultaten van den aankoop door den gecommitteerde bewijzen dat. De tweede cate gorie zal ook niets opleveren, als men de castratie niet invoerthet aantal goede exemplaren is eveneens gering. Maar de z.g. half wilde stoeterij daD, die opgericht zal worden, zou die geen verbetering brengen 1) Die aankoopen hielden verband met de behoefte. Red. 2) De in 1895, 1896 en 1897 door het Remontedepot afgeleverde paarden bleven respectievelijk gemiddeld iets korter dan 2 jaar, ruim 13jaar en ruim l3/^ jaar bij die inrichting (Veeartsenijkundige Waden). Red. 3) In '96 werden bovendien J5 der mooiste paarden, die gereed waren voor aflevering aan de wapens, overgegeven aan het Departement van B. B. om dienst te doen als dekhengst (Koloniaal Verslag en Veeartsenijkundige bladen). In 1897 werden verder 70 in 1898 77 en tot Maart 1899 reeds 28 paarden afgeleverd. Vermoedelijk zullen dit jaar nagenoeg 100 paarden afgeleverd worden. Red.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1899 | | pagina 93