131 van een vertrouwden gids, bij eene nauwkeurige terreinkennis, met maan of sterrenlicht, kunnen nachtmarschen uitgevoerd worden. Zonder deze hulpmiddelen is 't raadzamer bij dag te marcheeren. Zoo mogeljjk moeten de wegen ook bij duisternis verkend zijn. Nacht marschen in donkere bosschen, vooral in bergterreinen, moeten zooveel mogelijk vermeden worden, aangezien het marcheeren er moeielijk is en de grootere duisternis, gepaard met de aanwezigheid van zooveel hoornen, nadeelig werkt op het moreel. Stelt de aanvaller zich voor, een punt nabij de vijandelijke stelling te bezetten om bij het aanbreken van den dag tot voortzetten der operatiën over te gaan, dan dient bij zijn afmarsch zoodanig te regelen, dat in de ongunstigste omstandigheden het doel nog een uur voor het aanbreken van den dag bereikt is. Wil de aanvaller zich de mogelijkheid van een terugtocht in de duisternis verzekeren, dan dient het doel tegen middernacht bereikt te zijn. Bij voorkeur wordt bij nachtelijke tochten geen cavalerie ot artil lerie ingedeeld. Zijn deze wapensoorten aanwezig, dan worden zij aan den staart der colonne geplaatst. De afstand van de veiligheidstroepen tot de te beveiligen afdeeling wordt verminderd; doorzoekingspatrouilles zijwaarts van den weg worden niet uitgezonden. De manschappen in iedere afdeeling sluiten zooveel mogelijk op, terwijl de afdeelingen meer afstand van elkaar nemen. De marschdiscipline wordt zoo gestreng mogelijk gehandhaafd, de grootst mogelijke, waakzaamheid en gevechtsvaardigheid moeten bestaan en onderhouden worden. Van tijd tot tijd en vooral na het passeeren van belangrijke terreinhindernissen wordt eene korte rust gehouden, waarvan gebruik gemaakt wordt om zoo noodig het verband te herstellen. Bij rusten mag niemand gaan zitten om te voorkomen, dat enkelen in slaap vallen en achter blijven. In bosschen, op kruis punten van wegen, in het algemeen overal, waar twijfel ten opzichte van den te volgen weg kan bestaan, moeten maatregelen genomen worden om vergissingen te voorkomen. Voor zooveel noodig wordt op het kompas gemarcheerd. Dit zal ook gebezigd moeten worden om den gids te controleeren. Ook moet niet over het hoofd gezien worden, dat in niet al te duistere nachten de veldkijkers nog goede diensten kunnen verrichten. Het is streng verboden te vuren dan Dl. X, 1900. 10

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1900 | | pagina 149