149
Wordt het convooi van nabij beschoten en slaagt men er niet in
door vuur den vjjand te verdrijven, dan wordt een detachement afge
zonden om hem te verjagen, zonder zich bij de vervolging te ver
van het convooi te verwijderen.
Aangezien een aanval met het blanke wapen in het convooi de
grootste verwarring kan veroorzaken, zou het wenschelijk zijn het
transport te omgeven door dekkingstroepen. Dit is echter vooral bij
geringe sterkte van het escorte niet mogelijk.
Om het meeste succes van zijn aanval te hebben en zelf het minst
gevaar te loopen, zal de vijand het aanvalspunt nemen in het gedeelte,
dat het minst beveiligd is. De onbekendheid met het aanvalspunt
maakt 't noodzakelijk, dat de dekking wordt gesplitst in een voor
troep, een achtartroep en een middentroep. Waar voor- en achter
troep dienen tot het beveiligen van front en rug, moet de midden
troep steeds gereed staan om in de bedreigde flank op te treden. Zij is
geplaatst aan de zijde, die zich 't meest er toe leent om den vijand
te verbergen, tot hij zijn verrassenden aanval doet. Dikwerf is 't niet
mogelijk de middentroep naast het convooi te doen marcheeren. In dat
geval plaatst zich deze afdeeling in het midden van het convooi, om zich,
zoodra mogelijk, weer zijwaarts aan de meest blootgestelde flank te bege
ven. De taak dezer afdeeling is zeer gewichtig; van haar optreden hangt
alles af. Zij moet bedacht zijn op misleiding.
Is het terrein open, dan zal het gevaar voor verrassende aanvallen
verminderen, in bedekt terrein zal het vermeerderen. Is het terrein
bedekt, dan maakt men voor-en achtertroep gelijk aan x/4 en midden
troep aan x/2 der geheele sterkte van het escorte. In open terrein
en bij kleine convooien, maakt men de voor-of achtertroep x/2 en de
beide andere afdeelingen x/4 der totale sterkte.
In het bovenstaande is aangenomen, dat het escorte uit infanterie
bestaat. Is cavalerie bij het escorte ingedeeld, dan kan beter voor
de veiligheid van het convooi gewaakt worden, zonder oponthoud
te veroorzaken of het escorte buitengewoon te vermoeien. De cavalerie,
ingedeeld bij den voortroep, treedt op grooten afstand daarvoor op en
kan een grooter frontbreedte doorzoeken. Doordat het doorzoeken
door infanterie de beweging vertraagt, wordt dikwijls de veiligheid
aan de snelheid opgeofferd.