194
aangenomen, dat de door den heer van den Belt gekoesterde vrees ge
grond is, mag dan zelfs wel „de order" uitgegeven worden? Zuilen
dan de gevolgen minder nadeelig zijD, wanneer die order door gewij
zigde omstandigheden eens ingetrokken moet worden?
Yoorts acht de heer van den Belt het met het oog op de geheim
houding noodzakelijk, zoo eenigszins mogelijk de „order" niet te geven,
zoolaDg iemand het bivak nog kan verlaten. Ook hierin ga ik niet
met hem mede.
Slechts bij verrassing wordt strikte geheimhouding betracht. Laten
wij toch vooral met onze tegenwoordige bewapening afzien van alles,
wat maar eenigszins lijkt op het spelen van verstoppertje, de vijand
mag gerust weten, dat wij komen; met onze sterkte en onze bewa
pening stellen wij voorop, dat wij hem slaan en moeten wij het toejui
chen als hij zich in grooten getale in zijn stelling verzamelt.
Omtrent den inhoud van het gevechtsbevel, voorkomende in mijne
brochure, zij opgemerkt, dat deze, op eene onbeduidende kleinigheid
na, gelijk is aan die, voorkomende op blz. 1049 van het opstel van
den heer van den Belt, beide vermelden alles wat noodig is, terwijl
het gevechtsbevel opgenomen in de brochure uog voor heeft, dat het
behoorlijk de troepen met hunne commandanten noemt, die aan de
excursie deelnemen, wat vooral bij het raadplegen van gevechtsrap
porten van belang is
Waarom de heer van den Belt het dan ook, ter wille van een beter
overzicht, noodig heeft gevonden nog eens (blz. 1049 van zijn opstel)
een ander gevechtsbevel te geven, is mij niet duidelijk.
Op blz. 1050 van zijn opstel vat de heer van den Belt zijne op
merkingen samen betreffende het in mijne brochure aangegeven ge
vechtsbevel. Beschouwen wij ook den inhoud van deze punten
eens nader.
De le opmerking, n.l. dat bij de indeeling der troepen het tactisch
verband niet bewaard is gebleven, is m.i. niet juist. Wel is waar is
de lezing van den heer van den Belt eene letterlijke opvolging van
de laatste alinea punt 1 „indeeling in de marschcolonne" voorschrift
velddienst blz. 19, doch zij is in lijnrechte tegenspraak met den
geest van den daar gestelden eisch dat het tactisch verhand hij een
gevecht zoo spoedig doenlijk hersteld kan zijn".