205 toch in Godsnaam van inmenging in de details, die in onze eigenaardige terreinen alleen ter beoordeeling van dien cavaleriecommandant staan. Wat schrijver meent zoo te moeten veroordeelen in den eskadrons commandant, daaraan laat hij thans den op cavaleristisch gebied zeker heel wat minder goed onderlegden voorhoedecommandant zich in zeer hooge mate schuldig maken, terwijl de ritmeester wordt ge promoveerd tot. ja, tot commandant van den voortroep Wat een verheven cavaleristische taak voor dien ritmeester cavalerie- pardon voortroepcommandant, die dan ook nog wel eens in gedach ten zal uitroepen: „het zijn me toestanden!", vooral als hjj jeugdige nog onervaren officieren in het voorterrein heeft. Zwakke en sterke voorhoeden. Volgens schrijver worden zwakke voorhoeden gebezigd: le. „Wanneer men weet, dat de vijand met zijn geheele macht een stelling bezet heeft en daarin den aanval afwacht". Aangenomen. Maar waarom de schrijver in zijn bevel, zooals het had moeten zijn, dan twee compagnieën in de voorhoede plaatst, is mij niet duidelijk, daar toch de toestand bij den vijand als in de brochure aangegeven, volgens hem maar één compagnie in de voorhoede eischt. 2e. Wanneer men wil voorkomen, dat de voorhoedecommandant te overijld zal optreden en dus een partieele nederlaag het gevolg zou kunnen zijn. Alsof die overijlde voorhoedecommandant met één compagnie in de voorhoede in eens alle overdrijving, die hem zoo in hart en nieren zit, zal prijs geven. M.i. is juist tegenover den inlandschen vijand een overijlende majoor met twee compagnieën in de voorhoede lang niet te versmaden. 3®. Wanneer voldoende cavalerie bij de voorhoede is ingedeeld. Al is die cavalerie nog zoo voldoende, toch blijft op de marschlijn alle veiligheid betracht alsof er geen cavalerie vooruit is. Sterke voorhoeden worden volgens schrijver ingedeeld: le. Wanneer verwacht wordt, dat de vijand op elk geschikt punt hardnekkig weerstand zal bieden. Beter ware het geweest hier van „marschrichting" te spreken. Biedt echter de vijand op elk geschikt punt van de marschrichting

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1900 | | pagina 225