206 weerstand, wel, dan wordt de marschformatie tijdelijk losgelaten en in gevechtsformatie (in breed front) op en langs beide zijden van de marschrichting opgerukt. 2e. Als geen of onvoldoende cavalerie bij de voorhoede is ingedeeld. Als punt 3 bij zwakke voorhoeden. 3e. Als de vijand zoo weinig weerstand biedt, dat de voorhoede alleen in staat geacht kan worden hem uit zijne stellingen te verdrijven. Goed, maar dan is het verkeerd zooveel troepen mede te nemen. Hoe weet men dat van te voren? In tegenstelling met de marschformatiën aan te nemen tegenover den goed georganiseerden en goed uitgerusten tegenstander, geloof ik echter, dat wij tegenover den inlandschen vijand elke verdeeling van zwakke en sterke voorhoeden voor bepaalde gevailen achter wege moeten laten. Eenmaal het gevecht met den inlandschen vijand aanvaard, moet dat worden doovgsvoevdomdat wij te goed bij ondervinding weten, dat een afbreken van het gevecht on zerzijds Bteeds door den vijand voor een échec wordt aangezien en zijn moreel ten koste van het onze enorm doet stijgen. Daar dus steeds op den voorgrond moet staan, dat het gevecht zal worden doorgevoerd, moet de voorhoede ook al dadelijk zóó sterk genomen worden, dat aan een terugslaan Diet te denken valt, te meer daar in onze terreinen onmiddellijke ondersteuning van de hoofdcolonne, die dikwijls mannetje voor mannetje over een door stukken geschut, muildieren, paarden, tandoes enz. versperd voetpad, dat geen uitbreiding toelaat, ter ondersteuning moet oprukken, niet altijd gewaarborgd is. De heer van den Belt moet toch niet vergeten, dat één compagnie in de voorhoede, tegenover eeD, zelfs betrekkelijk gering in aantal zijn- den doch verspreid optredenden, vijand, die uit verschillende richtingen zijn vuur op hare gesloteD, op natte en zware sawahs dikwijls ageeren- de afdeelingen afgeeft, niet veel kan uitrichten en meermalen al dadelijk in het terrein wordt vastgezet, wat het aantal harer dooden en ge kwetsten nog doet toenemen. Daarom de sterkte van de voorhoede bepaald naar die van de geheele colonne, waarbij steeds het streven van een sterke voorhoede op den voorgrond moet staan, zoodat bij een colonne van 7 compag nieën, 2 compagnieën in de voorhoede urgent zijn en ikaltijd tegenover

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1900 | | pagina 226