241
worden aangewend om b.v. een 500 Atjehers aan te werven en deze
naar Sumatra's Westkust te zenden, waarvoor vandaar een gelijk
getal Javanen (van Java overgekomen recruten) kan worden ontvangen.
Dan zal, de garnizoensinfanterie buiten rekening gelaten, de sterkte
van de troepen in de verschillende gewesten zijn: Sumatra's West
kust 2 veldbatons. (reeds aanwezig), 1 Eur. compie. (van Java), 10 inl.
compieën. (waarvan 8 van Java, 2 van Atjeh) of in totaal 4sli veld
batons. met 3 compieën. Eur. In Tapanoeli is slechts 1 bat™., waarbij
geen versterking komt en waarvan de verliezen dus aangevuld
zullen moeten worden met Bataks, terwijl deze ook voor hulpdiensten
in hun eigen land zeer goed bruikbaar zijn. Daar dit gewest wel
niet in de eerste plaats aan een inval van een Eur. vijand zal bloot
staan, acht ik dit ééne baton. voldoende, te meer daar ondersteuning
van Sumatra's Westkust volstrekt niet is uitgesloten, als de vijand
dit laatste gewest ongemoeid mocht laten.
Op Atjeh zijn twee veld bat™8, en 10 comp^n. lichte infanterie en
wordt als aanvulling ontvangen 1 Eur. en 2 inl compieën.; als dus
3 veldbat™3. worden gevormd, blijven nog 8 compieen. lichte infanterie
over; in totaal dus een sterkte van 5 veldbat008. met 3 Eur.
compieën.
Op Sumatra's Oostkust zijn gelegerd D/fl veldbat™., daarbij komt
als aanvulling van Java 1 Eur. en 5 inl. compieën. (2 recruten-
compieën.), zoodat het totaal wordt 3 veldbat™5. met 3 Eur. compieën.
In Palembang en Benkoelen bevinden zich normaal lx/2 veldbat™
daarbij komt als aanvulling van Java 1 Eur. en 5 inl. compieen. (2
recrutencompieën.), zoodat het totaal wordt 3 veldbatons. met 2 Eur.
compieën.
Als algemeene regel kan gelden, dat in de gewesten der buiten
bezittingen, waar veldinfanterie gelegerd is, deze de verdediging tegen
den Europeeschen vijand tot taak krijgt, terwijl de garnizoensinfan
terie zorgen moet, dat de bevolking in het gewest rustig blijft. Het
is echter duidelijk, dat de garnizoensinfanterie nog een soort reserve
vormt, die in uiterste gevallen mede op het spel gezet wordt. Daar
op de buitenbezittingen groote landstreken met een kleine troepen
macht verdedigd zullen moeten worden, ligt het voor de hand, dat
die verdediging zich in den regel hoofdzakelijk tot de hoofdplaats