322
Frankrijk, Rusland en Duitschland niet waren tusschenbeide gekomen,
zou zelfs Peking in 's vijands handen gevallen zijn.
China verloor bij het verdrag van Simonoseki: Korea, dat onaf
hankelijk werd en aan Japan de eilanden Formosa en de Pescadores,
terwjjl het schiereiland Liao-Toung eveneens aan Japan zou zijn
afgestaan, indien Rusland, dat volstrekt niet afkeerig was van het
bezit van voornoemd schiereiland, dit niet voorloopïg aan China
had gelaten.
Ter belooning van die goede diensten verkreeg Rusland het recht
een spoorweglijn van 1000 K.M. door Russisch-Mandsjoerije te leggen,
beginnende aan het Baikal meer en te eindigen bij Vladivostok.
Frankrijk verkreeg eene uitbreiding van grondgebied aan de Zuide
lijke grens, alsmede mijnconcessiën en spoorwegconcessiën en tevens
het recht tot vestiging van consulaten in de aangrenzende streken.
In 1896 treedt Engeland ook op den voorgrond en doet de vrij
handels-politiek gelden door China te noodzaken de groote Blauwe
rivier of Yangtse Kiang en de Tiger of Si-Kiangrivier van Canton,
ten bate van alle natiën voor de scheepvaart te openen.
In 1897 verkrijgt Frankrijk van het Chineesche rijk de belofte,
dat het eiland Hainan, hetwelk de golf van Tonkin sluit, nooit aan
eene andere natie zal worden afgestaan.
Tot dit tijdstip was er grootendeels slechts sprake van opening van
rivieren en havens, en bleef het Chineesche gebied nog vrijwel onge
schonden.
In Januari 1898 treedt echter een nieuwe mogendheid op in het
politieke leven van Oost-Azië en wel Duitschland. Dit rijk begon
het Chineesche gebied te bezetten, daarvoor als voorwendsel bezigende
den moord op twee Duitsche katholieke zendelingen in het Chan
Toung district gepleegd. Zonder het antwoord van de Chineesche
regeering op de bemerkingen dienaangaande af te wachten, nam
Duitschland de baai van Kiao-tcheou in bezit, welke baai bij de
conventie van 6 Maart 1898 onder den vorm van een huurcontract
werd afgestaan. Toen dit geschied was, haastte Rusland zich de
militaire haven Port Arthur, en de handelshaven Taliën wan, dicht
bij Peking, te bezetten.
Engeland, niet achter willende blijven, bezette Weï-haï-Weï, in