342 artillerie, en bovendien nog 5 bataljons infanterie, 7 compagnieën artillerie, alsmede eenige genietroepen en vuurwerkers der marine voor de verdediging van Vladivostok, en dat deze troepen behalve gedeeltelijk langs den ten deele voltooiden spoorweg, maar ook langs de groote rivieren (A.moer, Soungari, Chilka) konden vervoerd worden, dan ligt het voor de hand, dat de militaire positie van Duitsch- land in die gewesten bijna niet te vergelijken was met die van Rusland. Daar waar de Fransche schrijver van het door mij geciteerde werk „la Chine" de militaire positie van beide mogendheden in beschou wing neemt, kan hij zich dan ook niet weerhouden te doelen op de bekende rede van Keizer Wilhelm II te Kiel, onder de volgende sarcastische woorden: „Décidément l'évangile du kaiser courait le risque de ne point „soumettre a sa parole sacrée les quatre cent millions d'adora- „teurs de Confucius." Verdere politiek van Engeland. Zooals in politieke kringen algemeen verondersteld werd, was de vriendschappelijke houding van Engeland, na het bezoek van Prins Heinrich te Portsmouth, jegens de Duitsche politiek in het verre Oosten, niet van zeer langen duur. Op onbedekte wijze gaf men te Londen blijken van ongerustheid over de verstandhouding tusschen China en Duitschland; het was Engeland niet langer meer voldoende de handen vrij te hebben in Egypte; het was niet meer overeen te brengen met de Britsche belangen, dat Duitschlands invloedssfeer in China werd uitgebreid. Engeland wendde zich toen tot de Vereenigde-Staten van Noord- Amerika, teneinde de eenstemmigheid te bepleiten, die er moest heer- schen tusschen beide zuster-natiën in zake behartiging hunner han dels- en staatkundige belangen te Peking. Ten tweeden male was men in Groot-Brittannië beducht voor eene triple-alliantie: Frankrijk, Rusland en Duitschland. Met eenige bezorgdheid werd in de Engelsche pers melding gemaakt van een minder goede verstandhouding met het Hof te Sint-Petersburg, van de weinige ingenomenheid van Frankrijk met het plan van de spoor wegverbinding in Birma, die bestemd was om de produkten van

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1900 | | pagina 374