391
hetwelk men op den afstandsrit wil rijden, traioe men twee weken.
Het aantal weken 4 a 6, hetwelk men noodig heeft voor de trai
ning is alzoo gemakkelijk te berekenen.
d. Wat op de rustdagen gebeuren moet, gaf ik reeds hierboven aan.
e. De voeding, verband houdende met de training, is de volgende:
fe. Week. 5 uur V.M. t/2 K.G. gaba1 uur N.M. '1 K.G8 uur N. M. 1t/2 K.G.
2". Week.IV2 2
3e. Week.1/2 2 2 2
4e. Week.t/2 2 3
5e. If eeK3/2 d 2 - 31'2
5e- TFeei12 2 31 /2
De slobber op de rustdagen is urgent voor doorstraiiog.
Het gras worde op de gewone wijze gevoerd, doch men zorge,
dat de gaba eerst opgegeten zij.
Het drenken geschiede steeds */2 uur voor het voeren der gaba.
29e. Bij het doortrekken van kali's, of bij andere gunstige gelegen
heden verzuime men niet, zijn paard een paar mondjes te laten drinken.
Eokele minuten in de kali blijven staan, koelt de hoeven af en frischt
het paard geheel op.
Mocht ik wellicht een wenk vergeten hebben of onduidelijk zijn
geweest, gaarne ben ik bereid nog de ncodige inlichtingen te verstrek
ken, zoodat ik hiermede mijn taak als geëindigd beschouw.
Zoo juist verneem ik, dat de V. t. b. v. H. S. te Salatiga voor
dit jaar een afstandsrit van 150 K. M. of 100 paal zal uitschrijven.
De bijzonderheden zijn echter nog niet bekend, zoodat het moeilijk
valt hiervoor de wijze van rijden juist aan te geven. Oppervlakkig
oordeelende zoude ik echter den len dag 60 paal en den 2en. dag 40
paal rijden. Wat de training betreft, deze blijve hetzelfde, als voor
een afstandsrit van één dag, met dien verstande, dat men de voor
laatste week der training b.v. 2 dagen achter elkander een proefrit
rijdt, respectievelijk van 30 en 20 paal.
Hopende hiermede aan Uw verlangen te hebben voldaan, Geachte
Redacteur, teeken ik mij hoogachtend
Uw. Dw.
A. Posno.
Ritmeester.