395 bescherming van centraal-China tegen overheersching door eene vreemde mogendheid. Verdrag tusschen Rusland en Japan (13/25 April 1898). Dat de berichteD, die uit Tokio naar Sr. Petersburg werden over gebracht betreffende mogelijke eischen van Japan tot ontruiming van Port Arthur, in verband met de groote militaire macht, waarover dit rijk eventueel zou kunnen beschikken om aan die eischen kracht bij te zetten, indruk hadden gemaakt op de stemming der Russische regee- ring, bleek dadelijk uit de welwillendheid, waarmee Rusland in dien tijd voordeelige concessiën verleende aan Japan ten opzichte van Korea. Nu gebeurde het, dat in die dagen de Chineesche regeering ver klaarde niet langer gediend te zijn van de diensten der Russische militaire instructeurs en van een Russischen fonctionnaris als minis ter van financiën; dit optreden van China was klaarblijkelijk geheel geïnspireerd door Japan en Engeland. Tot groote verwondering van Europa riep Rusland bedoelde ambtenaren terug, welk terugroepen een bewijs te meer was voor de naar vriendschap zoekende houding van dit rijk jegens Japan. Een gevolg van diplomatieke onderhandelingen was verder, dat den 13/25 April tusschen Rusland en Japan een protocol werd getee- kend, waarin beider houding ten opzichte van Korea werd geregeld. Beide regeeringen erkenden tegelijkertijd de souvereiniteit en de algeheele onafhankelijkheid van Korea en verbonden zich geheel bui ten bemoeienis van de binnenlandsche zaken in dien staat te zullen blijven; zij zouden geen enkelen maatregel ten opzichte van Korea nemen, zonder een en ander te voren te zijn overeengekomen. Boven dien verbond Rusland zich, in geen enkel opzicht de ontwikkeling van de handels- en industrieele relatiën van Japan in Korea te zullen belemmeren. Naar aanleiding van dit verdrag werd in de „Siècle" van die dagen de opmerking gemaakt, dat den een of anderen dag Korea toch het voorbeeld van Mandsjoerije zou moeten volgen. De protectie door twee staten uitgeoefend, loopt toch altijd uit op eene inbezitneming door de sterkste van de beschermende regeeringen. De conventie van 25 April was een triomf voor de Japansche

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1900 | | pagina 427