396 diplomatie en had eene vriendschappelijke betrekking tengevolge tusschen den Czar en den Mikado. Toen dan ook kort daarop Prins Cyrillus, een neef van den Russischen Monarch een oefenings- tocht deed op een der schepen van het Russisch eskader in Oost- Azië, werd hij te Tokio op de meest vriendschappelijke en voorko mende wijze ontvangen. Afstand van grondgebiedtegenover Hong Kong gelegenaan Engeland. Orroot-Brittannië bezat tot dusverre op de kust van Kouang Toung slechts een klein stukje grond op het schiereiland Kauling. Het had, zooals bekend is, Hong Kong tot eene geduchte militaire positie gemaakt, maar de hoogten, die zich ten Koorden van Kauling bevonden, domineerden de reede en zouden daarvoor eventueel een gevaar op kunnen leveren. Ten einde aan dit nadeel te gemoet te komen, wist de Britsche diplomatie te bewerken, dat den 9ien Juni 1898 China bij verdrag aan Engeland afstond niet alleen het eilandje Lamma, ten Zuiden van Hong Kong, en Lantao, Westwaarts gelegen, maar ook het geheele schiereiland Kauling in het Noorden met een veertigtal naburige eilandjes. Hierdoor werd Engeland geheel meester van de Deep-Bav en de Mirs-Bay en van een menigte uitstekende ankerplaatsen, on gerekend nog een viertal zeeëngten, diep en breed genoeg om tot verblijfplaats te dienen van een geheele vloot. De concessie liep over een tijdvak van 99 jaren. Door deze uitbreiding van grondbezit wilde Engeland in de gelegen heid zijn om op de kust en in Lantao forten te bouwen, vaste steen- kolendepots te vestigen en bovenal metaalfabrieken op te richten, waardoor Victoria eene geduchte militaire vestiging zal worden en een belangrijk centraalpunt voor industrie met werkkracht zonder wedergade. De steenkolen, yzer- en kopermijnen van Kouang Toung zouden de depots en de fabrieken moeten voeden, terwijl een spoor weg tusschen Canton en Kauling de kroon op het werk moest zetten. Voor geen enkel land was deze overeenkomst tusschen China en Engeland van zoo groot belang als voor Frankrijk; immers deze handelwijze van de Chineesche regeering streed geheel met de belofte,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1900 | | pagina 428