401 eiland Hainan. De spoorwegconcessie verzekerde het Fransche rijk de industriëele- en commerciëele exploitatie van Yunnan, terwijl het verkrijgen van de baai van Kouang-tcheou mogelijk het ontstaan ten gevolge zou hebben van een débouché ter zee voor den handel van Kouang Toung en Kouang Si. De baai van Kouang-tclieou bezit goede ankergronden, is voldoende diep, geeft beschutting tegen de moessons en andere winden en is met hare Zuidelijke en Oosteljjke ingangen gemakkelijk te bewaken. De toegang tot de baai is echter moeilijk door de hevige branding, die er in sommige tijden staat. In het Zuidelijk deel stroomt eene rivier uit, die het transport van de produkten uit dat gedeelte van Kouang Toung kan vergemakkelijken. De baai is door Frankrijk ge kozen om te dienen tot offensiel- en defensief marine-station, als mede tot steenkolendepot voor de Fransche eskaders in Oost-Azië deze keuze werd voornamelijk bepaald door de ligging der baai ten opzichte van Tonkin. Alhoewel Kouang-tcheou eene domineereude ligging heeft ten opzichte van het eiland Hainan, zoo is de baai uit een handelsoogpunt van niet zoo groot gewicht, omdat zij buiten de route der groote stoomvaartlijnen op China ligt en bovendien het vaar water door de vele mist en de aanwezigheid van zandbanken, uiterst gevaarlijk is; het zou Frankrijk dan ook millioenen kosten die reede naar behooren te verbeteren. Het eiland Hainan. Aangaande dit eiland, dat zelfs in China weinig of niet bekend was, gingen de meest wonderbaarlijke verhalen omtrent zeeroovers, een slecht klimaat, enz., totdat in Haart en April 1896 een Franschman, de heer Claudius Madrolle voor het eerst Hai nan bezocht. Deze vervaardigde er een kaart van en zijne mede- deelingen betreffende den toestand van het eiland waren zoo gunstig, dat een industriëel uit Tonkin er een albumine-fabriek oprichtte, die ongelukkiger wijze, op aanstoken van eenige raddraaiers, in Sep tember 1896 door de bevolking werd verbrand en uitgeroofd. Deze gebeurtenis gaf aanleiding tot politieke verwikkelingen. Toen den eersten Januari 1898 het telegrafisch bericht in Engeland kwam, dat Fraukrijk de vlag op dit eiland had geheschen, was de stem ming in de Engelsche bladen ten opzichte van dat belangstellend optreden van de Fransche Republiek in Oost-Azië, niet dubbelzinnig.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1900 | | pagina 433