DE NATUURGENEESWIJZE EN DE PHYSIATRISCHE INRICHTINGEN IN HET RELANG VAN IIET NED. INDISCHE LEGER. (Met fisuur 1 t/m. 8.) Het lijdt wel geen twijfel of de niet geneeskundige betreedt een gevaarlijk terrein, als hij het waagt een lans te gaan breken voor de natuurgeneeswijze en voor de inrichtingen, waarin deze wordt toegepast. Toch is het noodzakelijk, dat in Indië de aandacht van Legerbestuur en Officierskorps eens op die geneeswijze en die genees- inrichtingen gevestigd wordt, niet alleen met het oog op het buiten gewoon groot aantal militairen, dat doorloopend in ons leger ver pleegd wordt voor ziekten, die in den laatsten tijd streng weten schappelijk naar geheel nieuwe beginselen worden behandeld, maar ook omdat de bestudeering van de natuurgeneeswijze lang niet verwerpelijk moet geacht worden bij het zoeken naar de oplossing van verschillende vraagstukken op het gebied der legerverpleging. Ik kan hier natuurlijk slechts een en ander weergeven van hetgeen ik zooal over dit onderwerp geschreven vond, en begin dan met er op te wijzen, dat de natuurgeneeswijze met hare medicamenten be staande uit water, lucht en zonlicht misschien wel niet even oud is als het menschdom, maar toch stellig een paar duizend jaar, want de Grieksche geneesheer Hippocrates paste reeds de z.g. waterkuur toe op lijders aan ontstekingen, verbloedingeo en koorts. Eerst in den jongsten tijd werd de natuurgeneeswijze echter zóó sterk op den voorgrond gedrongen, dat de menschheid zich thans wel met haar moet onledig houden. De natuurgeneeswijze wil den zieke uitsluitend behandeld zien middels de natuurlijke heelkracht van het lichaam, door tegemoet te komen aan de geneeskracht, die elk lichaam bezit en die meestal slechts eenige hulp noodig heeft om zelf de ziekte te overwinnen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1900 | | pagina 470