462 achteruitgang Tan zijn land aanzag. Hij koesterde illusiën om de geheele armee tot één Keizerlijk leger te reorganiseereD. Zijn korps was het eenige door Lord Cb. B. in China aangetroffen, dat geheel volgens de eischen, die in Europa worden gesteld, was georganiseerd en uitgerust. Nabjj Peking bevinden zich de volgende korpsen: a. Het Leger van Generaal Sung. Generaal SuDg, op dit oogenblik reeds 80 jaren oud, heeft steeds bekend gestaan als een zeer bekwaam man. Het leger, dat onder zijne bevelen staat, heeft eene nominale sterkte vao 20 000 man, doch het was Lord Ch. B niet mogelijk er meer dan 1 0.000 te tellen en wel: 5000 in Kintcheou, 3.000 in Chung-ho-so en 2.000 in Chang-hai Kouan. De bewapening is over 't algemeen goedde infanterie heeft het Mausergeweer, terwijl het geschut bestaat uit Kruppkanonnen en Maxims. Een deel dezer troepen is goed afgericht met behulp van Duitsche officieren. b. De troepen van Generaal Soon Ching. Deze troepen zijn in Lutai in een dertigtal kampen vereenigd. Zulk een kamp is eene vierkante versterking, waarin 500 man behooren gelegerd te zijn. In werkelijkheid bedraagt dit aantal slechts 250, terwijl van de geheele sterkte van het legerkorps, die nominaal 15.000 moet bedragen, hoogstens 7 a 8 duizend man onder de wapens zijn. De troepen zijn slecht geoefend en nog slechter gedisciplineerd. Tot Maart 1898 bevonden zich hier een vijftal Duitsche officieren, die met de militaire opleiding waren belast; in de plaats hiervan zijn gekomen Russische officieren, waaronder o.a. de kolonel van de Russische garde-cavalerie WarraDoff. c. Generaal Tung Fu Chan's legerkorps. Tijdens het bezoek van Lord Ch. B. waren deze troepen, ten getale van 10.000 man (uit Kan Sou), meest allen Mohammedanen, op een korten aftand van Peking gelegerd.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1900 | | pagina 494