484 „Nominal „Spheres of Influence" such as those of Germany „in Shantung and Russia in Manchuria, may exist as long as a semblance „of Chinese authority remains, but once the people realize authority „is powerless, anarchy, rebellion, and bloodshed must ensue. The „breakiDg-up of the Chinese Empire into „Spheres of Influence" „would also be certain to lead to war between the European nations". „It is surprising, that people can be found to talk calmly of the „break-up of an Empire of 400 millions of people as if such a gigan tic revolution could be accomplished bij a stroke of a pen." Ligt het voor de hand, dat Nederland geen behoefte of reden heeft, om zich in den staatkundigen strijd van het Chineesche rijk te men gen, zoo is het toch niet te loochenen, dat door de ligging onzer Oost-Indische bezittingen in het Zuid-Westelijk bekken van den Stillen Oceaan, Nederlandsch-Indië na den Japansch-Chineeschen oorlog van 1894 en na den Spaansch-Amerikaanschen oorlog van 1898, op staatkun dig- en economisch gebied een geheel andere beteekenis heeft gekregen. Het kan zeker niet voor den ondernemingsgeest der Nederlanders pleiten, dat op de lange lijst van staten, die na het verdrag van Simoneseki hunne handelsbelangen in de Chineesche wateren om strijd hebben behartigd, Nederland zoo goed als door afwezigheid schittert. Wat het gevolg van den Spaansch-Amerikaanschen oorlog betreft, zoo kan het niet anders of de verandering van occupator in de Phi- lippijnen zal in hooge mate haar invloed op de gebeurtenissen in Z. O. Azië doen gevoelen, te meer na de woorden van Mac Kinley in het Witte Huis gesproken, dat hij de geschiedenis in China met de grootste belangstelling zal blijven volgen. In een hoogst belangrijk opstel, voorkomende in „de Gids", afle vering September 1899, zegt de schrijver (1): „Er is geen stoomvaart- „lijn onder onze driekleur van Java op Oost-Azië in stand gebleven, „goederen uit Nederland worden onder vreemde vlaggen naar het „verre Oosten vervoerd; de petroleum eenmaal buiten onzen Archi- „pel gekomen, laat haar gouden bezinksel achter in buitenlandsche „schatkamers; onze algemeene handel op China en Japan breidt zich „weinig uit. Geen vaderlandsche bankinstelling vindt het dan ook 1) De schrjjver teekent zich K. te Peking.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1900 | | pagina 516