516 scherven bedolven, het kon overigens den volgenden nacht uitgegra ven worden, en den daaraanvolgenden morgen werd er weer mede gevuurd. Een projectiel van 15 c.M. doorboorde de pantserplaat van een Hontoria kanon en beschadigde de affuit zonder het stuk te demon- teeren of buiten gevecht te stellen. Een projectiel van klein kaliber had eveneens de wang van een der mortieraffuiten geraakt, zonder belangrijke schade aan te richten. Eindelijk werden de zandzakken en de aardopwerping enkele malen getroffen, maar de houten barak, die tot munitie-magazijn diende, bleef gespaard. De Vesuvius wierp met verschillende tusschenpauzen gedurende den nacht twee of drie bommen op de batterij aan den ingang der baai. Hij naderde de kust onder bescherming van een anderen bodem, meestal een gepantserde. „Wanneer een dezer bommen, zegt de luitenant ter zee Muller y Teyeiro, dicht bij een batterij valt, wordt zij zeker vernield, men behoeft slechts de uitwerking te zien om dit te begrijpen. Geluk kig is echter het schot dezer stukken niet zeker, noch in schoots- verheid, noch in richting. Een projectiel, dat op de Noordelijke hellingen van de Socapa gevallen was, heeft over een ruimte van 20 M. de boomen ontworteld, het heeft een soort van weg gebaand. Een ander sloeg een gat, weinig diep, maar breed genoeg om 20 paarden te bevatten." Verliezen geleden door de bediening der werken. De tabel op blz. 517 geeft per dag de door de bediening geleden verliezen aan. Opmerkingen en besluit. Beginnen we met het volgende feit aan te stippen. Ondanks een bombardement van verscheidene dagen en een zeer groot munitieverbruik, heeft de Amerikaansche vloot de batterijen Morro en Socapa niet alleen niet vernietigd, maar heeft hen slechts onbeduidend nadeel toegebracht. Dit resultaat is te meer van belang, daar het verschil in de om standigheden, waaronder de beide partijen verkeerden, zoo groot was.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1900 | | pagina 548