71 verwijderen van de ledige huls, het opnieuw laden en het sluiten van het stuk, en nu zal de „voorstoot" worden aangewend ter vermin dering en wellicht algeheele opheffing van terugloop en terugstoot; uitvindingen waarop de techniek trotsch mag zijn en die zoowel den artillerist als den tacticus ten nutte zullen zijn. De artillerist begroet de uitvinding, omdat zij de bediening van het geschut op de standplaats vergemakkelijkt, terwijl de tacticus weder de vruchten van dezen vooruitgang zal plukken. Evenals zoo menige andere uitvinding, heeft, ook de knal- en vlam- vrijheid naast voordeelen hare nadeelen. Ia het bijzonder is het voor de infanterie en de artillerie nadeelig, dat de vooruitzichten voor de aanvallende cavalerie verbeteren, daar het niet te loochenen is, dat afgescheiden van de vernietigende phy- sieke uitwerking der vuurwapenen, hun geknetter en gedonder op de paarden en ook op de ruiters een demoraliseerenden invloed uitoefenen door de knalvrijheid kan in de toekomst de cavalerie haar aanval bijna als op het exercitie-terrein verrichten. Nadeelig is voorts de knalvrijheid voor aangevallen troepen bij de noodzakelijkheid eener alarmeering, wijl de verraste schildwacht of troep zijn benarden toestand niet door schoten aan in de nabijheid zijnde troepen kan mededeelen. Op dezelfde wijze missen wij den knal van het schot bij den strijd in bedekt terrein, bijv. bosschen, bewoonde plaatsen enz. waarbij de bevelhebber vaak de stelling der strijdende partijen uit den knal of het gedonder der schoten althans bij benadering kan beoordeelen en daarnaar zijne maatregelen kan nemen. Het „accourir au canon" heeft door de knalvrijheid niet zijn ge wicht, maar wel zijne beteekenis verloren. Deze Dadeelen zal men wellicht in de toekomst moeten verhelpen, door aan de schildwachten en bijv. aan de onderofficieren bij den iroep, knalpatronen uit te deelen en tevens het geschut van eenige dergelijke patronen te voorzien. De knalvrijheid van het schot is voorts zeer nadeelig voor vrees achtige naturen, welke zich tot nu toe door het vele schieten bedwelmden en tegen het gevaar doof maakten, dus zich moed inschoten, wat bij knalvrijheid „helaas" niet meer mogelijk is.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1900 | | pagina 87