97 toeleggen. Aankoop van buitenlandsche paarden, die een grooter kracht dan onze kleine paarden kunnen ontwikkelen, is alleen dan noodzakelijk als de overtuiging bestaat, dat er binnen zoo korten tijd kans op oorlog bestaat, dat de resultaten van verbeterde fokkerij in het binnenland nog niet verkregen kunnen zijn. De buitenlandsche paarden zouden gekozen moeten worden uit krachtige, bloedrijke rassen, terwijl de hoogte op ongeveer 1.40 M. gesteld mag worden. Neemt men toch grooter paarden, dan moeten de tuigen, stallingen enz. zoodanig veranderd worden, dat deze later de verbeterde San- delhouts en Makassaren niet meer passen, waardoor onnoodige ver hooging van uitgaven zou kunnen ontstaan. Yolgens velen is het niet uit te maken, wanneer de bovenbesproken overtuiging op oorlogskans zich billijkerwijze mag vestigen en bestaat de vrees, dat het, zoodra die overtuiging aigemeen gedeeld wordt, te laat is voor vorengenoemden aankoop van buitenlandsche paarden. Daarom zou reeds nu die aankoop moeten geschieden, en de aanvulling slechts zoolang van buitenaf moeten plaats hebben, als die binnen uit nog onvoldoende is. De vrees, dat in oorlogstijd geen aanvulling verkregen kan worden, is niet geheel ongegrond. Wel worden op Java reeds vele groote paarden gevonden, die in tijd van oorlog door requisitie of aankoop bij het leger zouden zijn te brengen, doch deze zullen bijna alle de zooeven genoemde maximumhoógte overschrijden. Hebben wij eenmaal beter paarden dan thans, dan mag worden aangenomen, dat met het oog op onze terreinen het gewicht van het uitgeruste stuk (c.q. met inbegrip der opgezeten manschappen) op 1600 KG gehouden mag worden. Het snelvuurgeschut vereischt als bediening meestal 1 stukscom mandant en 5 maD, waarvan één korporaal. Maakt men dezen korporaal bereden evenals den stukscommandant, dan moeten 4 man op den voor wagen, enz., plaats nemen. Het stuk mag dan 1300 K.G. wegen. Maakt men alle bedieningsmanschappen bereden, niet om rijdende artillerie te verkrijgen, doch uitsluitend om dan hoogere ballistische eischen aan den vuurmond te kunnen stellen, dan wordt het gewicht van het geheel uitgeruste stuk 1600 K.G. Het kanon de Bange en Piffard No. 2 voldoet aan den eersten, het kanon van dezelfde firma

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1900 | | pagina 121