130 R. C4., waarschijnlijk naar wij meenen ontleend aan wat de Army and Navy Gazette daarover schrijft, putten we omtrent dat legerkorps de volgende gegevens: Het was samengesteld uit 3 divisiën, 1 cavalerie divisie, étappe troepen en andere buiten het divisieverband staande afdeelingen en stond onder de bevelen van sir Redvers Buller. Elke divisie bestond uit 2 brigades infanterie, elk gevormd door 4 bataljons, een trein-, een hospitaalcompagnie en een veldhos pitaal. De divisieartillerie was samengesteld uit 3 veld batterijen van 6 stukken en eene munitiecolonne. Verder behoorden tot de divisie een eskadron cavalerie, een pionier- en een trein-compagnie, alsmede een veldhospitaal. De le divisie, commandant luitenant-generaal Methuen, werd gevormd door de 1® (garde-) brigade, generaal-majoor Colville, en de 2® (Engel- sche) brigade, generaal-majoor Hildyard. De 2® divisie, luitenant-generaal Clery, bestond uit de 3® (Schot- ache brigade, generaal-majoor Wauchope, en de 4® (scherpschutters-) brigade, generaal-majoor Lyttelton. De 3® divisie onder generaal-majoor Gatacre, bestond uit de 5® (Ier- sche brigade, generaal-majoor Fitzroy Hart, en de 6e (Fusiliers), generaal-majoor Barton. De korpscavalerie, eene divisie, stond onder de bevelen van lui tenant-generaal French, telde evenzoo twee brigades, respectievelijk onder de generaal-majoors Babington en BrabazoD. De cavaleriebri gades waren gevormd uit 3 regimenten cavalerie, een rijdende bat terij (6 stukken), een munitiecolonne, een bataljon bereden infanterie, een trein-en een hospitaalcompagnie en een veldhospitaal. Bij de 1® brigade was nog ingedeeld een peloton bereden pioniers. Tot de korpstroepen behoorden de staf van het legerkorps, eenige andere staven, een bataljon infanterie, een regiment cavalerie, 8 bat terijen (2 rijdende en 6 veld- w.o. 3 houwitser-), 2 munitie-colonnes, een compagnie pioniers, een pionierpark, 2 pelotons luchtvaarders, eene afdeeling telegrafisten, een spoorweg-compagnie, een verplegings- colonne, een munitiepark, een veldbatterij, een veldhospitaal en een verplegingspark. De étappetroepen, onder luitenant-generaal Forestier-Walker,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1900 | | pagina 154