176
dag een bij Dronfield Siding, 7 mijlen ten Zuiden van de stad, gele
gen dynamietmagazijn aan de vlammen prijsgegeven. Den 10en hadden
afdeelingen der Boeren, gelegerd tusschen Hopetown aan de Orapje-
rivier en Belmont, een treffen met eene eolonne onder den kolonel
(rough, die in den ochtend van dien dag uit Oranjerivier station was
opgerukt en belast was met het verkennen van den weg in de richting
Kimberley. In het Zuid-Westen was nu de toestand vrijwel overeenkom
stig met dien in Natal. Ladysmith en Kimberley wachtende op ontzet
door troepen uit het Zuiden. In beide gevallen de basis der Britsche
ondernemingen van het object gescheiden door terrein, dat den opruk-
kenden troepen ruimschoots de gelegenheid aanbood om van de Boeren
af te zien hoe dit terrein het voordeeligst kon worden aangewend,
in beide gevallen eene snelstroomende sterk gewassen rivier, uitnemend
geschikt om de uitvoering der Britsche plannen moeilijker en in hooge
mate tijdroovend te maken. In Natal was men ontijdig voorwaarts
gerukt, in het Zuid-Westen meende men ook niet te mogen wachten,
ondanks het groote gebrek aan geschut en ruiterij.
Laten we thans de gebeurtenissen in de Kaapkolonie sedert einde
October de revue passeeren, dan leeren we beoordeelen in hoeverre
het oprukken tot ontzet van Kimberley omstreeks half November
door de omstandigheden gewettigd mocht heeten.
Door de dreigende houding der 2000 Yrijstaters bij Bethulië waren
de zwakke Britsche afdeelingen gedwongen naar Queenstown te wijken.
De Boeren, die zich den volgenden dag halfweg de rivier en Burgers
dorp bevonden, wachtten daar op versterking van 3000 Transvalere en
Vrijstaters uit Pretoria en Rouxville en trokken na aankomst van
dezen in Zuidelijke richting voort tot nabij Queenstown (6 November).
Meer Westelijk stond een commando bij Norvalspont op den Kaapschen
oever der Oranjerivier en bezette, na versterkt te zijn met 300 man
en een Maximkanon, den 4en November Colesberg. Dit commando
had den vorigen dag de spoorbrug bij Norvalspont laten springen.
Hetzelfde lot deelden de bruggen bij van Zijl, 8 K.M. Noordwaarts van
Colesberg (5 Nov.), en bij Achtertang, halverwege van Zijl en Coles
berg (8 Nov.).
Ten einde het verder oprukken van deze Boerenafdeeling te ver
tragen, vernielden de Engelschen tusschen Tweedale en Arundel een
