10
steeds op zeer primitieve wijze kan toebereid worden, dan wel het
eten wordt daarvoor elders bereid en vervolgens opgevoerd 1).
Hier heeft men das ook nog wel dezelfde bezwaren, maar toch
niet in die mate als bij het Duitscbe leger, waarom het dan ook aan
beveling zoude verdienen de combattanten geheel te ontheffen van
de werkzaamheden verbonden aan de spijsbereiding en die geheel op
te dragen aan non-combattanten.
Wanneer men nu daarbij nog in aanmerking neemt de gebrekkige
hulpmiddelen, waarover men gewoonlijk slechts beschikken kan, en
de bezwaren van allerlei aard, waarmede men te velde te kampen
heeft, dan zal, aangezien eene goede toebereiding der levensmiddelen
een dringende eisch is, deze aldaar slechts aan bekwame handen
mogen worden toevertrouwd, m.a.w. aan menschen, die van het koken
een beroep gemaakt hebben.
Een reden te meer dus, om in de formaties dei verschillende legers
evenzeer beroepskoks op te nemen, als schoen- en kleermakers.
Wat nu het materieel voor de spijsbereiding te velde aangaat, zoo
spreekt het van zelf, dat dit groote eenvoudigheid aan doelmatigheid
moet paren, twee voorwaarden, welke overigens zelden samengaan.
Het moet daarom aan de navolgende eischen voldoen:
le. Eene goede bereiding, waarin men de noodige afwisseling kan
brengeD, behoort in alle weersgesteldheden en in den kortst mogelijken
tijd steeds verzekerd te zijn.
2e. Allerhande brandstof, als hout, steenkool, enz., moet gebezigd
kunnen worden.
3e. De aanwending der warmte moet doelmatig zijn, opdat de
spijzen snel bereid kunnen worden bij een zoo gering mogelijk brand
stofverbruik.
4e. De distributie der spijzen moet, door gamellen als anderszins,
zeer vlug kunnen plaats hebben, hetgeen thans overal te wenschen
overlaat.
5e. De capaciteit behoort zoodanig te zijn, dat de spijzen voor
eene compagnie, een eskadron of twee batterijen tegel jjk kunnen gereed
gemaakt worden, zonder dit voor zwakkere afdeelingen uit te sluiten.
1) Zooals b. v. als regel is vastgesteld voor veldwachten.
