214 daar de affuit slechts een beperkten terugstoot kan opnemen. Dit nu zou de uitwerking en de waarneming ten zeerste schaden. Voor het gewicht van den vuurmond wordt 140 K.G. aangenomen, voor de affuit 320 K.G. Het kaliber bedraagt 7 c.M. en de lengte van het kanon 1,30 M. De V0 380 M. en bet arbeidsvermogen van het projectiel daarbij 36,5 mt. Hieruit is een projectielgewicht te berekenen van 4,95 K.G. Voor het vervoer zijn benoodigd 4 dieren en wel 2 voor den vuurmond en 2 voor de affuit. Het totale gewicht van het stuk is 140 320 460 K.G. De maximum belasting van een dier op 145 K.G. stellende, thans is deze in Zwitserland 159 K.G. voor een geschutdier en 169 vooreen munitiedier en hiervan 30 K G. (thans 40 K.G.) aftrekkende voor de bepakking, rest een netto draagvermogen van 115 K.G. en dus is het materieel volgens ont werper te dragen door 4 dieren. Daar de Kapitein Baumlin in 't geheel niet let op tijd, is het moge lijk tot een totaal van 4 dieren te komen, aangezien hij ieder der 70 K.G. van het kanon dragende dieren ook deelen der affuit wil doen vervoereD, hetgeen dunkt ons zeker niet bevorderlijk zijn zal tot het snel op- en afladen, dat toch reeds met 1 minuut verlengd wordt door het uit- en ineenzetten van het kanon. III. Ontwerp van den K. u. K. artillerie ingenieur Redl. Dat het Zwitsersch Militair Tijdschrift niet alleen staat in zijne bedenkingen tegen een terugstoot van 7.5 Kgm. per K.G. van de affuit, blijkt uit de onlangs in de 4de aflevering van „Mittheilungen" verschenen' studie over bergmaterieel van den boveDgenoemden ingenieur. Deze studie behandelt niet alleen het gedragen bergmaterieel, doch ook het getrokken berggeschut, dat eigenlijk een smalsporige veld artillerie is. Wat het hier nader te bespreken bergmaterieel betreft, zegt de schrijver, na de meest gunstige draagwijze besproken te hebben en de eenigszins uiteenloopende maxima der lasten in de verschillende landen, dat in ieder geval het harnachement der draagdieren niet meer behoeft te wegen dan 20 K.G. 460 j-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1900 | | pagina 240