302
De aspirant-officier moet voorts in het bezit zijn van twee voor
den dienst geschikte paarden met harnachement.
De aldus gevormde officieren worden bij mobilisatie ingedeeld bij
het hoofdkwartier en de verschillende brigadestaven om op te treden
ais ordonnans-officier. In tijd van vrede zijn ze werkzaam als instruc
teurs hunner korpsen.
Verklaren ze zich bereid om gedurende een niet te korten tijd bij
de cavalerie gedetacheerd te worden, dan zouden ze in aanmerking
kunnen komen voor eene benoeming tot reserve-officier der cavalerie,
wanneer die detacheering naar wensch afgeloopen is. Deze reserve
officieren genieten een vast tractement; bij het leger onder de wapens
zijnde, ontvangen zij en de ordonnans-officieren hetzelfde tractement
als hunne collega's bij de cavalerie.
Daar de ordonnansen-korpsen uimmer in hun geheel optreden, is
eene geleidelijke opklimming der graden voor hen overbodig. Hunne
maatschappelijke positie maakt het evenwel noodig ze te verheffen
boven de onderofficieren, terwijl ze echter aan den officier ondergeschikt
moeten blijven, een logisch gevolg van hun werkkring. Men ver-
leene hun dus den titel van kornetdezelfde benaming, waa-mede
in Nederland de aspirant-reserve-officieren der bereden wapens wor
den aangeduid.
Het aantal voor de verschillende staven van het veldleger benoo-
digde ordonnansen kan slechts benaderd worden, daar in vredestijd
geen hoogere eenheid dan het bataljon bestaat en het aantal in oorlogs
tijd te vormen brigade-commando's onbekend is. Dit laatste op zes
stellende, zouden wij de ordonnansen als vólgt verdeeld wenechen:
Hoofdkwartier van het veldleger8 ordonnansen.
Per brigade-commando. 4; totaal 6 X 4 24
Per veldbataljon1; 18X1 18
Staf van het Regiment Cavalerie. 4
Commando der Bereden Artillerie4
Per divisie-commando der Bere
den Artillerie2; totaal 4X2=8
Per batterij veldartillerie 2; 4X2=8
bergartillerie ...1; 4X1=4
78 ordonnansen.