386
te maken, zooals in Ned. Indië, moet verworpen worden, al heeft
men het voordeel, dat het achterstel in geval van nood als voorwagen
van een stuk kan dienen. Een gekoppelde voorwagen toch bevat
minder projectielen dan een caisson van hetzelfde gewicht als het aan
gespannen stuk. In Ned. Indië bedraagt dit verschil 63 K.Gr., over
eenkomende met 12 projectielen met kardoezen.
Munitieuitrusting en projectielgewicht. De meer of minder voor-
deelige constructie van den voorwagen, zoomede het projectielgewicht,
bepaalt voor een gegeven gewicht van den voorwagen, het aantal
mee te voeren projectielen.
Het aandeel van het gewicht der meegevoerde projectielen in het
totale gewicht van den voorwagen, het nuttig vermogen hiervan, is
door den vooruitgang der techniek zeer gestegen.
Het vereischte aantal projectielen per stuk kan onmogelijk zoodanig
x bepaald worden, dat men in alle voorkomende gevallen genoeg munitie
heeft. De gegevens, welke de krijgsgeschiedenis ons op dit gebied
verstrekt, zijn te uiteenloopend, dan dat men zich daarop bij de vast
stelling der munitieuitrusting zou kunnen baseereD. Men streve er
naar zooveel mogelijk projectielen mee te nemen, zonder dat de beweeg
lijkheid der batterij te veel onder het groote aantal caissons lijdt.
De oplossing van dit vraagstuk is door de invoering van het soel-
vurende veldgeschut zeer veel moeilijker geworden. Belangrijk is het
daarom na te gaan, hoe Duitschland gemeend heeft dit vraagstuk op
te moeten lossen.
De veldkanonbatterij telt 6 (vroeger 9) caissons, te zamen met de
voorwagens der stukken en dien van den eersten voorraadswagen
bevattende 130 schoten per stuk. Per regiment veldartillerie (van 2
afdeelingen k 3 batterijen) is beschikbaar eene „Leichte Munitions-
kolonne", welke 51^- schoten per stuk bevat. In de regimenten,
welke geen veldhouwitserafdeeling bezitten, zijn alzoo per veldkanon
181^- schoten aanwezig.
De regimenten, welke uit 1 veldkanon- en 1 veldhouwitserafdee
ling bestaan, voeren toch eene geheele lichte munitiecolonne met
kanoumunitie mee, behalve de „Leichte Peldhaubitz-Munitionskolonne."
Hierdoor zijn in het geheel bij zoo'n regiment per veldkanon 232§
schoten beschikbaar.