420 in Zuidoostelijke richting uitstrekte. Het terrein was dank zijn sterk geaccidenteerd karakter den Boeren vrij wat gunstiger dan dat waarop zij den 7en slag hadden geleverd. Bovendien werden nu niet zij, doch de Engelschen verrast. Het schijnt toch, dat Roberts niet op ernstigen tegenstand bedacht was en hij in de meening verkeerde, dat of de vijand naar het Noorden was uitgeweken, óf de federalen, die nabij Abrahamskraal waren gesignaleerd, te weinig in aantal waren om anders dan aan waarneming te denken. Broadwood, die de middelste divisie voorging, stuitte, zooals we reeds opmerkten, omstreeks 10 uur in den ochtend op eene afdeeling Boeren, die achter eene rij kopjes vóór de stelling den opmarsch hadden bespied. Nagenoeg gelijktijdig kwam ook de cavalerie der Noordelijkste divisie in actie met een commando, dat nabij Abrahams- kraal lag. Porter trachtte ondanks den tegenstand door te dringen, doch verzocht tevens French versterking. Deze deed onverwijld de divisie Kelly Kenny eene frontverandering naar het Zuid-Oosten uitvoeren om tegen het centrum van den rechtervleugel der Boeren- stelling op te rukken. Drie uren achtereen marcheerde de infanterie divisie in een zeer versneld tempo en bereikte omstreeks één uur haar object. Toen begon de aanval, die door het Walesregiment werd geleid. Aanvankelijk gelukte het, dank zij het golvend terrein, om de stelling zonder noemenswaardige verliezen te naderen, doch toen dit de gedekte nadering niet meer toeliet, maakte een levendig geweervuur een verder oprukken onmogelijk. Een batterij, die nu, 't was inmiddels 2 uur geworden, het centrum der stelling uit het Zuiden onder vuur nam om de 6® divisie wat lucht te geven, werd door een Yiokers Maxim een oogenblik tot zwijgen gebracht en moest ondersteund worden door eene rijdende batterij, welke zich Noord waarts van het aanvalspunt opstelde, daarna door een veldbatterij, welke tegenover het centrum in battery kwam. Tevergeefs trachtte Broadwood, als bij Osfontein, den linkervleugel te omtrekken; hij moest het bij de poging laten, omdat de Boeren van achter de rotsen hunner uitgestrekte stelling de flankbeweging met hunne Mausers onuitvoerbaar maakten. Evenals de cavalerie moest ook de artillerie het ontgelden; tal van bedieningsmanschappen werden weggemaaid, vele paarden neergelegd.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1900 | | pagina 454