438 om een binnenweg te nemen over Kasenet, Wonodadi, Karang Tengis, PoerboÜDgo, welke weg even lang was. Door een onnauwkeurigheid yan mijn kaartje reed ik echter 5^ paal om over Boekatjitja, waar door de dien dag afgelegde afstand 49 paal werd inplaats van 43^. Ik vertrok te 6 u. 20. De eerste 18 paal zacht golvend heuvel terrein, daarna steeds vlak. 8 u. 20 tot 9 uur rust en ontbijt, na 10 paal te hebben afgelegd. Daar hij zich weer begon te strijken, zwachtelde ik mijn paard nu de beide achterbeenen. Later te Karang Tengis nogmaals 20 minuten rust; om 12 u. 30 te Poerbolingo. Daar waar het vlakke gedeelte begon steeds 10 op 10 gedraafd. Hier en daar het paard onderweg in een kali laten drinken. Te Poerbolingo rijsttafelde ik in het hotel. Mijn paard zadelde en trensde ik er af en drenkte het nogmaals. Gras kon ik er niet krijgen, wel padi, naar schatting 1i K.G., wat hij schoon opat. Te 3 u. 5 vertrok ik uit Poerbolingo en kwam te 5 u. te Poerwo- kerto aan, 10 op 10 rijdend. Het paard draafde vermoeid; meestal liep ik er in stap naast. De afgelegde weg was 49 paal. Te Poerwokerto, waarheen ik mijn jongen met een blief aan den assistent-resident vooruitgezonden had, vond ik weer alles uitstekend gereed. Onder een passerloods was een bamboestal getimmerd en al het overige stond klaar. Bjj aankomst bleek, dat het paard zich een der huidplooien tus- schen den rechterelleboog en den singel een klein weinig had open- geloopen door het sterke zweeten daar. De takken van de beide voorijzers waren sterk gesleten en niet dikker meer dan een dubbeltje, hoewel ik het paard slechts 8 dagen voor vertrek had laten beslaan en de ijzers bij vertrek nog zoo goed als nieuw waren. Toch durfde ik ze niet te laten afnemen en vervangen, daar ik nog 8 marschdagen voor me had en bang was, dat de nieuwe ijzers het die 8 dagen niet zouden uithouden. Het achterbeslag was nog in goeden toestand. Ik liet mijn paard door den jongen weer op dezelfde wijze verple gen als de andere dagen en in twee porties 5 K.G. gabah geven. Den volgenden dag hield ik rustdag. Ik voerde hem als thuis;

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1900 | | pagina 472