449 Er is tegenwoordig nog al eens wrijving tusschen voor-en tegenstan ders van onze Sandelhouts en de voorstanders zouden dezen marsch allicht willen aanhalen als bewijs voor de deugdelijkheid van het ras. Daarom een paar voorbeelden van wat Europeesche paarden praesteeren. De winner in den afstandsrit Weenen-Berlijn (op een paar K.M. na even ver als Salatiga-Batavia) legde deze 600 K.M. binnen 3 X 24 uur af. De ritmeester Spielbergen reed nu onlangs in 14 dagen van Saar- brücken naar Rome over de Alpen, daarbij den St. Gothard pas over stekend terwijl er meer dan 1 M. sneeuw lag; en daarna over de Apennijnen en door de brandend heete Campagna. De ritmeester Posno reed in 8 u. 111 /a minuut, op een door en door getrainde en zeer superieure sandelhout van Salatiga naar Djokja, een afstand van 96 K.M, op welken tijd niet veel te verbeteren is. De toenmalige ritmeester Bolle legde in Holland op een ongetraind paard 100 K.M. in ruim 6 uur af. Ik heb deze paar voorbeelden hier aangehaald, om te voorkomen, dat men uit mijn rit Salatiga Batavia gevolgtrekkingen zou maken, die er totaal niet uit te maken zijn. Men kan zeker veel meer van den Sandelhout vergen, dan in den regel geschiedt, doch waar wij ons willen meten met paaiden van Europeesche taille, zijn wij in elk opzicht de minderen. Een eerste vereischte om wat van onze paarden te kunnen vergen, is echter, dat men ze behoorlijk voedt; van paarden die van 21 /2 K.G. gabah en 25 K.G. gras per dag moeten leven kan men geen zware diensten vergen. En hiermede heb ik aan het tot mij gerichte verzoek voldaan. Ik zelf heb veel bij het maken van dezen tocht geleerdik hoop, dat belangstellenden in dit verslag ook nog een en ander zullen vinden, dat hen interesseert. H. Philippi. 2'. luit. eav. Dl. II, 1900. S3

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1900 | | pagina 483