48
mogen we niet vergeteD, dat vergrooting der Yo eene aanzienlijke
vermeerdering van affuitgewicht vordert. Bij de reeds uitgevoerde
constructies wisselt de aanvangssnelheid af tusschen 460 en 615 M.;
wanneer men ook hier de lichte typen buiten beschouwing laat,
kan men aannemeD, dat de Yo normaal 500 k 550 M. bedraagt.
De constructie der vuurmonden is door de invoering der moderne
buskruitsoorten zoo zeer vergemakkelijkt en het geschutmateriaal is
in de laatste jaren zooveel verbeterd, dat de vervaardiging van een
goed veldkanon geen moeilijkheden meer oplevert. Het vermogen
der nieuwere kanonnen is dan ook 21/2 maal zoo groot als dat
der vroegere stalen vuurmonden. Het gewicht van het kanon is
afhankelijk van projectiel gewicht, grootte der lading en aanvangs
snelheid. Echter zijn ook nog andere omstandigheden hierop van
invloed. Onder ongeveer gelijke omstandigheden kan een lang kanon
lichter zijn dan een korteen lang kanon veroorlooft een beter ge
bruik der lading, de lading kan kleiner, de spanning der gassen
minder en dus de wanden kunnen dunner zijü. Yoorhet gewicht van het
kanon geeft de sterkte van den wand meer den doorslag dan de
lengte. Echter moet men bij veldartillerie erop letten, dat bij op
gelegde affuit, de monding niet aan den grond raakt, iets wat mede
afhankelijk is van de kniehoogte. De firma Schneider heeft bij haar
geschut eene inrichting aangebracht, waardoor vóór het opleggen van de
affuit het kanon gemakkelijk kan verplaatst worden, zoodat bij eene
vuurhoogte van slechts 0,75 M., een kanon van 3,5 M. lengte kan
worden gebezigd. Dit is dan ook tot nu toe het lichtste kanon in
verhouding tot zijn vermogen. Hoe groot echter dit voordeel ook
moge zijD, een nadeel is dat men daarbij tevens zijne affuitcon
structie moet aanvaarden. Eene getallenopgave van het kanonge
wicht is dus van weinig waarde; het wisselt af tusschen 200 en
410 KG. en kan, wanneer men ook hier de bovenvermelde restric
ties in acht neemt gesteld worden op 360 a 400 KG.
Het vraagstuk der afsluiting kan vrij wel als opgelost worden
beschouwd. Zoowel de schroef- als de wigsluiting eigenen zich
voor de toepassing bij snelvuurgeschut. De verschillende systemen
hebben bijna alle bewezen volkomen bruikbaar te zijn, hoezeer zij
ook in details verschillen.