326 maanden verloopen, zou de le alinea van art. 69 der C. I. b.v. kunnen worden gelezen als volgt: rfVoor militairen van buitengewonen lichaamsbouw, die met de klee- dingstukken volgens de vastgesteldo tailies aangemaakt, niet gekleed kunnen worden, dient de compagniescommandant vier 1) maanden voor deu betrekkelijken vernieuwingsdatum maatstaten in, enz." terwijl deze alinea worde gevolgd door eene nieuwe alinea van den volgenden inhoud; „Voor pantalons witte (werkbroeken voor Europ. onbereden) en rijbroe ken blauw katoenen cn rijbroeken witte (werkbroeken voor Europ. bere den) worden afzonderlijke maatstaten ingediend." Men versta mij echter wol, ao bedoelde wijziging in de corap. instructie is niet noodig om de maatstaten voor sergekleeding b.v. 1 October in te dienen. Volgens mijne lezing van art. 69 kan dit geschieden op het woord intijds, de nieuwe rodactio van de 1° alinea van dit artikel zou dan ook niet anders zijn dan eene omschrijving van dit woord. De nieuwe alinea werd bijgevoegd om noodeloos schrijfwerk te voor komen, daar ik gezien heb, dat een maatstaat, waarop tegelijk sergekleeding en een werkbroek witte waren vermeld, door den officier van kleeding werd teruggezonden omdat volgonB een apostil van den Gewestelijken Intendant te Semarang voor die werkbroek een afzonderlijke maatstaat moest worden ingediend. Ten einde deze aangelegenheid afdoende te regelen, zou het m.i. aan beveling verdienen, dat er aan het hoofd van het extract stamboek werd vermeld Maatkleedingattila, pantalons, kapot, schoenen, enz. en dat daar van op het comp. bureau eene opgave hing. Op het bepaalde tijdstip was men dan spoedig gereed. Hu make men geen bezwaar door te zeggen: Als de man dan over lijdt voor den veruieuwingsdatum, wat moet er dan met die maatklee ding gebeuren? Dit is niets, voor dat zeldzame geval blijft die kleeding in 't magazijn, de officier van kleeding legt die bij de taille, waarmede zij het meest overeenkomt, cn wanneer de vernieuwing is uitgegeven zal die maatkleeding ook zijn man wol gevonden hebben. De ondervinding heeft dit reeds geleord. Adam. Gratis reglementen voor de bureaux. Op bijna alle bureaux beijveren meerdere officieren zich de orders, reglementen, enz. goed bij te doen maken en bij te doen houden. Verlaten officieren een bureau, dan nemen zij den bijgewerkten schat van dikke en dunne boeken mee en op den door hen verlaten lessenaar blijft geen vertrouwbare vraagbaak achter, tot groot ODgerief van den uieuw-optredende en tot nadeel van den door hem te verrichten dienst.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1900 | | pagina 356