DE OORLOG IX ZUID-AFR1KA.
(Vervolg van blz. 376.)
In Natal was in de tweede helft van Februari eveneens eene voor
de federalen ongunstige verandering in den toestand gekomen. Al
dadelijk merken wij op, dat de handelingen van Joubert zeer nauw
verband hielden met de gebeurtenissen in het Westen, waar Cronjé,
zooals we zagen, door Roberts ernstig was bedreigd geworden en
ten slotte capituleeren moest.
Bulier was na het mislukken zijner derde poging tot het forceeren
der Boerenstellingen naar Chieveley getrokken en had daar wederom
zijn hoofdkwartier gevestigd. Reeds den 13en Februari werden zijne
voorposten op den Zuidelijken oever der Toegela teruggeworpen door
een commando onder Botha. Dienzelfden dag werd door Dundonald
eene verkenning gemaakt naar den Hlangwanaberg, die door de Boeren
bezet werd gehouden. Bulier was van zijn overmoed genezenzijne
drie malen achtereen mislukte ondernemingen hadden hem althans
geleerd het nut van verkenningen te erkennen.
Weinige dagen later bleek hem, dat de Boerenmacht aan de Toe
gela sterk verminderde, terwijl heliogrammen uit Ladysmith hem
de overtuiging schonken, dat ook daar de federalen niet meer in
grooten getale aanwezig waren. Inderdaad was een groot gedeelte der
republikeinen opgebroken om deel te nemen aan den strijd tegen de
Britsche hoofdmacht in het Westen.
Zondag, den 18en, rukte de Britsche macht, die zich vier dagen
te voren van den Hussarheuvel had meester gemaakt, in Noordelijke
lichting voorwaarts over de heuvelreeks, welke in den Hlangwana
berg haar hoogste punt bereikt.
Oostelijk van deze heuvelreeks bewoog zich de tweede cavalerie
brigade gevolgd door de Queens, die zich naar den Montechristo, een
kop in dit heuvelland, richtten. De 4e brigade rukte op langs de