108
Slaan wij echter het voorschrift op de schermoefeningen op,
dan zien wij, dat deze mooiigheden juist voorkomen in de 4° les
van de He Afdeeling, de eenige les waarbij verboden is de leer
lingen tegenover elkaar op te stellen.
Is echter het antwoord: „neen, laat ze nou maar eens trek
ken", dan is de voorstelling al niet minder comisch. Twee
behoorlijk gewapende, en van stevige dekkingsmiddelen voor
ziene strijders, geheel ongewoon aan het dragen van masker,
borstlap en handschoen, gaan tegenover elkaar in stelling-
staan, en trachten door allerlei bewegingen, die nergens staan
voorgeschreven, elkander een „toessée" toe te brengen, met het
natuurlijk gevolg, dat het bij trachten blijft, en waarbij zorg
vuldig wordt vermedentoe te passen alles wat wel voorge
schreven is, ten einde, ongedeerd zijn tegenpartij onschadelijk
te kunnen maken.
En hoe komt dat? Omdat ze niet weten hoe ze dat doen
moeten, want ze hebben het nooit geleerd. Het mindere ka
der is op deze leemte in den gang van het onderwijs nooit
gewezen, omdat, laten we maar eerlijk zijn, omdat er zooveel
officieren zijn, die het zelf niet weten. Ik heb zoo dikwijls
uit den mond van officieren gehoord, als deze quaestie ter
sprake kwam: „Och, je moet eigenlijk zelf aan schermen heb
ben gedaan, om het te weten" 1). Stel u voor, dat u eens
uit dienzelfden mond te hooren kreeg: „Och, je moet eigen
lijk zelf aan schieten gedaan hebben, om het te weten", wan
neer er voor de schijf sprake was van opleiding tot schutter.
Ons schermvoorschrift is in zijn soort even moeilijk of even
eenvoudig als ons schietvoorschrift. Het laatste wil men ken
nen, het eerste negeert men. Doet men dat, omdat men het
schermen overbodig vindt, welnu, men late dan ook bij het
uitrukken zijn sabel thuis, want dan is het een hinderlijk ding,
dat men toch niet weet te hanteeren, en dan kan tevens de
bajonet worden afgeschaft.
1) Het is hier de plaats de aandacht te vestigen op de in Nederland met
veel succes werkzame «Koninklijke Officiers Schermbond", waarover wij in
een naschrift nog het een en ander melden zullen. Redactie.
