161 aan men behoefte gevoelt, bij de belegering van vestingen is zij voor beide partijen onmisbaar. De belegeraar toch zal ge- durende de inleiding en de voorbereiding der insluiting door middel van den ballon trachten het meest gunstige aanvalspunt te ontdekken en in den geschutstrijd is voor de waarneming van doel en vuuruitwerking het gebruik er van haast onont beerlijk, terwijl in het ten slotte te voeren „gevecht van nabij" niemand beter in staat zal zijn den aanvaller de nauwkeurig ste mededeelingen te doen over het terrein en de groepeering der strijdkrachten, dan de waarnemer in den ballon. De verdediger (belegerde) daarentegen zal in alle tijdperken dei- omsingeling onophoudelijk, zoowel bij dag als bij nacht, van alles, wat bij den belegeraar gebeurt, op de hoogte moeten trachten te zijn. In de eerste plaats toch is het noodzakelijk de richting van het aanvalspunt te ontdekken, en daarna moet vastgesteld worden, waar de magazijnen gelegen zijn, en in welke richting- de verbindingsmiddelen (spoor- en andere wegen) zich bevinden. De opmarsch der belegerings-artillerie zal evenmin als de plaats der gedekt opgestelde mortierbatterijen, voor den ballon-verken ner verborgen blijven; 't is evenwel jammer, dat voorbeelden uit de practijk hier ontbreken. Het is een teeken des tijds, dat men zich juist op de oplos sing van de vraagstukken betreffende den belegerings-oorlog niet meer of weinig toelegt, niettegenstaande toch die oorlog, zooals von Scherft" juist verkondigt, het natuurlijk einde van den strijd daarstelt. In het algemeen staat elk ander middel tot verkenning, zoowel op slagvelden als bij belegeringen, in waarde beneden de ballon waarneming en voert men gaarne de bezwaren van de tegen standers van den luchtballon aan, zoo is het ook billijk de stem men der onverschrokken strijders voor het gebruik er van tot hun recht te laten komen. Op eene hoogte van 500 M. boven de aarde zwevende, kan men in iedere terreinplooi zien, die voor den waarnemer op de aarde geheel in den dooden hoek ligt; zeven K.M. in den omtrek kan men van eiken troep zien of hij in beweging of in rust is, en de aanwezigheid van groo- tere troepenafdeelingen kan binnen een kring van 12 K.M. vastgesteld worden, en zelfs is men in staat onder gunstige

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1901 | | pagina 175