163 groote waarde van verkenningen door middel van den ballon, een groot aantal hooggeplaatste aanvoerders het noodzakelijke van het gebruik van dit nieuwe observatie-middel niet toegeven wil. Het spreekt wel van zelf, dat in alle staten ook omgezien wordt naar middelen om dit verkennings- en waarnemings middel te vernielen, en daartoe vuurt men of op de bediening op de aarde, of op den ballon in de lucht. Het inschieten op den ballon geschiedt met granaatkartetsen, wat groote moeielijkheden oplevert, vooral omdat de springpunten, die onder den ballon vallen, den waarnemer als „te ver gevallen" voorkomen; het zijwaarts opstellen van waarnemers, is bij het beschieten van een ballon dan ook eene bepaalde noodzakelijkheid. Aan de meeste vuurmonden der veld-legers kan de voor het beschieten van hoogzwevende ballons benoodigde elevatie niet worden gegeven. Als resultaat van de op het „Steinfeld" ge nomen schietproeven, bleek, dat een kabel-ballon in een veld slag minstens 5000 en bij eene belegerde vesting 7000 passen van de vijandelijke artillerie verwijderd moet blijven om niet getroffen te worden. Hoewel in het bijzonder de kabelballon militaire waarde bezit, zoo zij het mij toch vergund eenige gegevens omtrent den vrij zwevenden ballon mede te deelen. De vrije ballon zal vooral in den belegeringsoorlog veelvuldig toepassing vinden, öf om over eene belegerde plaats heen te gaan öf om dezelve te verlaten. Zoo zagen wij van Fransche zijde gedurende de belegering van Parijs in 1870/71 een zeer vruchtbare en schitterende toepassing van het gebruik der vrije ballons maken. Alleen dan kon de stad den zwaren druk der insluiting blijven dragen, wanneer deze hier of daar verbroken kon worden, Parijs zou en moest met zijn Frankrijk in verbinding worden gebracht. Maar waar den weg, waar den wegwijzer te vinden, om den waakzamen vijand te misleiden, en vraag en antwoord te wisselen? De gemeenschap over de aarde was versperd: misschien is hulp te vinden in het water! En hiermede begint die „Kleine Oorlog", welke juist dooi de list en de geestkracht, waarmede ze gevoerd wordt, aan de geschiedenis der belegeringen zulk een dramatische aantrekke lijkheid geeft.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1901 | | pagina 177