HET OVERTREKKH VAN RIVIEREN
DOOR CAVALERIE.
In het I. M. T. van 1897 blz 277 e. v. kwam schrijver dezes,
in een opstel over dit onderwerp, tot de conclusie, dat het voor
de Indische cavalerie, welke bij uitstek mobiel en (dus) licht
bepakt dient te zijn, geen aanbeveling zou verdienen voor het
overtrekken van rivieren hulpmiddelen (opvouwbare booten)
mede te voeren op pakpaarden of lichte voertuigen, doch dat
men de oplossing van het vraagstuk diende te zoeken in het
gebruik van waterdichte mondzakken.
De voordeelen daarvan werden in dat artikel opgesomd en
vooral gewezen op de gunstige resultaten, welke men volgens
de berichten in Oostenrijk verkregen had, bij het gebruik van
kleine vlotten, samengesteld uit 8 a 4 waterdichte mondzakken,
van het model uitgevonden door den kapitein Bekessy.
Bijzonderheden konden toenmaals niet verstrekt worden, om
dat het mij niet was mogen gelukken, mij met den kapitein
Bekessy in verbinding te stellen.
Intusschen heeft men in de afgeloopen jaren in de verschil
lende legers niet stil gezeten, daar men terecht in Europa het
vraagstuk der rivierovergangen door cavalerie als zeer gewichtig
beschouwde Als bewijs daarvoor kan ik o.a. aanhalen, dat in
1897 in Frankrijk de literatuur over dit onderwerp hoofdzakelijk
uit ééne, uit het Duitsch vertaalde, brochure bestond en er toen
slechts enkele proefnemingen verricht warendoch dat men
thans, na rustelooze proefnemingen, toegelicht en voorbereid
door talrijke tijdschriftartikelen en brochures, in deze kwestie
een standpunt heeft bereikt, hetwelk aldus door den „Comman
dant P" in het tijdschrift „le Monde moderne" van Januari
1900 omschreven wordt:
„Het vraagstuk der rivierovergangen is opgelostgeen rivieren