203
In 't kort, het boekje heeft weinig waarde en laat zich bovendien
moeilijk lezen door slechten stijl en hinderlijke germanismen.
X.
De Reorganisatie onzer Landmacht door
YV. M. Engelberts. (L. J. Veen. Amster
dam 1900.)
Nadat de heer Engelberts zijne brochures: „De reorganisatie onzer
zeemacht. Een critiek en een studie" en „Nog eens de reorganisatie onzer
zeemacht. Een vervolg" aan het Nederlandsche volk heeft geschonken;
komt hij ons nu verrassen met eene brochure, betrekking hebbende op
onze landmacht en toont hij dus hierdoor een warm hart te hebbeneen
hart, kloppende voor het behoud van ons vaderland. Immers zoowel van
de zeemacht als van de landmacht heeft schrijver veel studie gemaakt
en gevoelt zich nu geroepen om de gebreken, die bij de reorganisatie
van beide deelen onzer strijdmacht zouden blijven bestaan, openbaar te
maken. Jammer is het evenwel, dat schrijver niet in de gelegenheid is
geweest om eens een kijkje achter de schermen te nemen, waardoor zeker
vele los daarheen geworpen opmerkingen niet in zijne brochure zouden
voorkomen, of wel misschiendie brochure in het geheel niet ge
schreven zoude zijn.
Evenals in zijne vorige brochures toont de schrijver ook hier weder
een welversneden pen te hebben, doch aangezien over enkele puuten
zonder voldoende kennis van zaken wordt gesproken, wordt juist deze
pen gevaarlijk, waar zij moet dienen tot voorlichting van personen, die
zelve niet voldoende op de hoogte zijn van militaire zaken om daarover
zich een juist, zelfstandig oordeel te kunnen vormen.
Ook in deze brochure wordt, evenals in bovengenoemde„Nog eens de
reorganisatie onzer zeemacht", geëischt om gegevens openbaar te maken;
waardoor het landsbelang in hooge mate zou kunnen worden geschaad.
Ik bedoel hier den eisch om aan het oordeel van de volksvertegenwoor
diging te onderwerpen een ontwerp-wet op de landsverdediging, waarin
zouden moeten worden opgenomen de grondslagen, waarop het Nederlandsch
verdedigingsstelsel is gebaseerd. Dat deze grondslagen door den Genera-
len Staf zijn vastgesteld, daarvan moet ieder overtuigd zijn, doch zij be
hoeven niet in het openbaar te worden behandeld, om, besproken in de
dagbladen, daardoor in het bezit te komen van buitenlandsche mogend
heden. Reeds veel te veel wordt omtrent de defensie publiek behandeld,
hetgeen als een gevolg moet worden beschouwd van den in Nederland
bestaanden geest om alles, wat geheimhouding eischt, des duivels te
verklaren.