DE NEDERLANDSCHE ZUID AFRIKAANSCHE SPOORWEG
MAATSCHAPPIJ IN DEN TRANSVAALSCH ENGEL-
SCHEN OORLOG 1S99—1900.
(Overgenomen uit „de Ingenieur" van 14 en 19 Juli 1900).
Het in hoofde dezes genoemd opstel komt ons zeer belangrijk
voor; wij gelooven terecht te mogen verwachten, dat de opne
ming ervan in ons tijdschrift den lezers aangenaam zal zijn.
Ten zeerste raden wij hen aan kennis te nemen van de vele
belangrijke photographiën en teekeningen, die het oorspronkelijke
artikel opluisteren.
De oorlog, die 11 Oct. 1899 eindelijk uitbrak, was voorafge
gaan door een langen tijd van spanning, van afwisselende hoop
en vrees.
De gevolgen daarvan voor de Z-A. S-M. waren aan de eene
zijde een vermindering van invoer van goederen en aan den
anderen kant vermeerdering van uitvoer van personen.
Reeds in Augustus en zelfs eenige maanden vroeger waren
er vele menschen, die een spoedig begin van den strijd als on
vermijdelijk beschouwden, en begonnen met althans hunne fami
lies naar een der Engelsche kolonies te zenden, naar Natal of
de Kaap, of ook wel naar Europa.
De zaken werden slapper, velen begonnen een deel hunner
inkomsten te derven, Johannesburg werd stiller, de heftige toon
der Engelsche kranten, waarin de Boeren als barbaren geschil
derd werden, die in geval van oorlog alles zouden vernielen, en
geen vrouwen of kinderen zouden ontzien, maakte de vreemde
bevolking voortdurend angstiger en meer geneigd om het land
te verlaten.
Natuurlijk waren het vooral Engelsche onderdanen, die vlucht
ten. Yele daarvan waren arm, reden waarom de Kaapkolonie
I. VÓÓR DEN OORLOG.