EENIGE OPMERKINGEN OVER: ..EEN ONTWERP VAN
NIEUW MATERIEEL VOOR DE BEKEDEN
ARTILLERIE DOOR C.
Met zeer veel aandacht zullen de beschouwingen van C., in
het Indisch Militair Tijdschrift No. 11 en 12 van 1900, onder
bovengenoemd opschrift geplaatst, door de officieren van de
Artillerie gevolgd zijn.
Zeer zeker is ons tegenwoordig geschut bij de bereden artil
lerie verouderd te noemen en vooral de bergbatterijen behoeven
eenen vuurmond met grooter ballistisch vermogen.
Met zeer veel instemming las ik dan ook het betoog van C.,
doch meen te moeten opmerken, dat door hem eenige tactische
eischen over het hoofd werden geziendaargelaten nog enkele
eischen aan de industrie gesteld, waaraan, naar ik vermeen, tot
nu toe nog niet is voldaan. Zoo wordt o.a. een nuttig vermogen
van 40 0'0 geëischt van een voorwagen, die slechts 440 K.G-. zal
mogen wegen, hetgeen bij een voldoende sterke constructie voor
onze menigmaal zware terreinen wellicht een te hoogen eisch
zal blijken te zijn.
Op blz. 335. I, M. T. No. 11 stelt C. als gewicht van het uit
geruste veldstuk 1100 K. G. Dit zal wel zijn zonder gereedschap
pen, daar van dit gewicht wordt uitgegaan voor alle berekenin
gen. Het geheel uitgeruste stuk zal dus wel evenveel wegen
als onzen tegenwoordigen veldvuurmond.
Nu meen ik te moeten betwijfelen of ons paardenmateriaal
wel in staat is om gedurende een veldtocht van langeren duur
een dergelijk stuk te brengen overal waar verwacht zal wor
den, dat onze veldartillerie zal kunnen ageeren. De marschen
van en naar het schietkamp kunnen hiervoor geen betrouw
bare gegevens verschaffen, daar die over goede harde wegen
geschiedendoch iedereen, die wel eens zes kleine sandelhout-