15 namiddag met Broadwood kon vereenigen, hadden zijne manschap pen 45 K.M. achtereen geloopen en waren dus vermoedelijk niet in een toestand om krachtdadige hulp te verleenen als dit noodig mocht zijn. Wat van Colvile gezegd is, geldt ook voor French, die eveneens te hulp gezonden was, doch eerst nadat te Bloemfontein bericht was ingekomen, dat Broadwood eene nederlaag had geleden. French was niet geslaagd toen hij bij Karee Siding de Boeren wilde vervolgen, omdat zijne paarden uitgeput waren; twee dagen later moesten diezelfde paarden 't buitgemaakte convooi achterhalen. Men begrijpt, gelet op den afstand, tusschen Bloemfontein en de waterwerken, met welk resultaat! v Wel seinden voorbarige correspondenten, dat French in zijne onderneming was geslaagd en dus de buitgemaakte kanonnen waren heroverd, maar die berichten werden door Roberts niet bevestigd en daar zij op den len April gedateerd waren, zou men haast denken aan des poissons d'avril. Behalve het verlies aan menschenlevens en materiaal hadden de Engelschen nog te betreuren dat van uitgewerkte plannen voor een opmarsch van Bloemfontein via Thabanchu naar het Noorden. Deze vielen den Boeren bij de overvalling van Broad wood in handen en de aanwezigheid dier plannen bij den geleider van het zoo sterke convooi geeft aanleiding tot de versterking van het vermoeden, dat Roberts, aangemoedigd door zijn succesvollen tocht naar de hoofdstad, voor de tweede maal het voordeel van 't gebruik van een spoorlijn wilde prijsgeven bij zijn marsch naar het Noorden. Ook wij Nederlanders, Indische officieren in het bijzonder, werden bij de Koornspruit getroffen door het verlies van een veelbelovend kameraad. De le luitenant M. J. Nix, attaché bij de Boerenkrijgsmacht, werd daar doodelijk getroffen. Te betreuren, ook uit een krijgshistorisch oogpunt, valt dit ontijdig afgesneden leven, want Nix was gekomen om op te merken; hij is als man van een juist opgevatten plicht gevallen. De groote activiteit door de federalen aan den dag gelegd, dwongen Roberts om maatregelen te nemen tot beveiliging van

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1901 | | pagina 29