ANTWOORD AAN MEDESTANDER. Het doet een mensch altijd goed als het hem uit gestelde opmerkingen of vragen blijkt, dat zijn artikel tenminste gelezen is; zoo wil ik u geachte „Medestander" gaarne antwoorden op de mij gestelde vragen. Waarom ik durfde zeggen, dat vele infanteristen met mij.van meening zijn, dat het beter is gamellen voor den soldaat aan te schaffen? Wel, omdat ik in elk garnizoen, waar ik geweest ben, over dit onderwerp met mijn collega's van gedachten gewisseld heb en slechts enkele heb ontmoet, die het niet noodig vonden bedoeld servies in te voeren. De motieven van deze tegenstan ders waren b.v.„men moet den soldaat niet verwennen en aldus verweekelijken, te velde eet hij ook uit zijn blikje, waar om in het garnizoen dan niet?" Dit werd serieus gemeend. Indien ik dan zeide: „ja, dat is waar, te velde slaapt hij ook op den barren grond, dus zullen we hem in het garnizoen ook maar op den grond leggen, om hem niet te verwennen," dan was dat iets heel anders volgens hen. Een tweede bezwaar was, dat er vele soldaten zijn, die liever hun potje bewaren om, als zij 's avonds honger krijgen, te eten. Maar dit is juist iets (zooals ik vroeger zeide), dat streng bestreden moet worden, daar geregeld eten een eerste vereischte is voor eene gezonde levenswijze. Bestaan er werkelijk geldige redenen waarom een man niet aan tafel zou kunnen komen, welnu er is dan niet het minste bezwaar om zijn eten te bewaren, nietwaar? Sommigen maak ten zich ongerust over het toezicht op het servies, maar dit kan de kamerwacht immers heel goed doen, dan wordt dit baantje niet bijna een sinecure, zooals het tegenwoordig is. Er is nog een voordeel bij het gezamenlijk aan tafel eten, nl. er wordt dan niet zooveel eten als spoeling weggeworpen, terwijl Frappez toujours!

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1901 | | pagina 301