302
wil men niet op het oogenblik van den schok in de moreele
minderheid zijnheeft hij haar niet, des te beter, dan zal onze
meerderheid des te eerder verzekerd zijn 1).
Als men hier tegenwerpt, dat de oefeningen te moeielijk zijn,
dan zullen onze regimenten „dragons-lanciers" u wel antwoor
den. Hun ruiters weten sabel en lans te gebruiken en zijn toch
niet minder goed geoefend in het gebruik van de karabijn, al
schieten zij thans nog slecht.
Ten slotte, hopen wij, dat thans het bewijs geleverd is, dat
cavalerie uitgerust met de karabijn door haar bewegelijkheid en
door haar vuur in de toekomstige oorlogen van groote waarde is.
Men moet dus onmiddellijk de noodige maatregelen nemen
om bij de cavalerie goede schutters en chefs, die de vuurleiding
kennen, te vormen. Ernstig de voorbereidende schietoefeningen
doorloopen, met zorg het schieten op kleine afstanden beoefenen,
het aantal te verschieten patronen vermeerderen, het schieten op
voorwerpen, op zeer groote afstanden geplaatst, nabootsen (voor
de veranderde houding op dien afstand), aan het kader het afstan
den schatten en de vuurleiding leeren, practisch het gevecht te
voet beoefenen, dat is hetgeen, waarnaar gestreefd moet worden.
Hoeveel geld, tijd en moeite men hier ook aan opoffere, de
eind-uitslag zal dit in de toekomst rijkelijk vergoeden.
Makassar. W. Wijnaendts.
1) Daarom ook voor onze cavalerie in de le plaats de lans, zeer zeker tegenover een
inlandschen vijand, die met honderd© lansruiters tegen onze cavalerie kan optreden (Zuid-
Celebes b. v.), maar dan ook geen pelotons met de lans, alleen uit Javanen bestaande,
docli minstens de helft Europeanen. (W.)
De begroeiing onzer Indische terreinen zal een groot bezwiar zijn tegen het gebruik
van de lans. Redactie,